Al-Qaida bestookt coalitiestrijdmacht
Militairen van de door de Verenigde Staten geleide coalitiestrijdmacht zijn dinsdagavond in het oosten van Afghanistan aangevallen door al-Qaida-strijders. Er vielen geen slachtoffers.
Een Amerikaanse legerwoordvoerder zei vanmorgen dat onbekenden het vuur hadden geopend op de militairen in de stad Khost. Daarop ontstond een vuurgevecht dat enkele uren duurde. Er zouden geen slachtoffers zijn gevallen. De woordvoerder wilde niet zeggen of de aangevallen militairen Amerikanen waren.
Volgens het Pakistaanse persbureau AIP ging het om twee Amerikaanse legerbases rond Khost die met zwaar geschut werden bestookt: één op het vliegveld en één in het ten noordoosten van Khost gelegen Sarabagh, waar Amerikaanse militairen training geven aan Afghaanse soldaten.
Khost ligt vlak bij de grens met Pakistan. De coalitie speurt het gebied nog altijd na op overgebleven Taliban- en al-Qaida-strijders.
De 31 mannen die de Amerikanen afgelopen zondag in een complex bij de zuidelijke stad Kandahar gevangennamen, blijken geen banden te onderhouden met de Taliban of al-Qaida, meldde het Amerikaanse leger dinsdag. De mannen zullen worden vrijgelaten.
Strijders van al-Qaida hebben bewoners van Afghaanse dorpen 400 dollar (bijna 450 euro) betaald als die hun dorp wilden verlaten. Zo hoopten zij de vrijheid te krijgen om zich op alle mogelijke manieren tegen de militairen van de internationale alliantie te verzetten.
„Een van de dorpsbewoners zei me dat de mannen van al-Qaida hen bij aankomst waarschuwden dat ze zich zouden doodvechten in de vallei van Shahi Kot, in de bergen van Arma”, zei de Canadese luitenant-kolonel Pat Stogran dinsdag op de luchtmachtbasis Bagram, ten noorden van Kabul. „Of zij hebben het gebied ontruimd, of zij zijn gebleven om te vechten en betaalden iedereen die vertrok 400 dollar, wat een kolossaal bedrag is”, aldus de Canadees. Een Afghaanse ambtenaar verdient ongeveer 40 dollar per maand.