Staatssecretaris Schultz van Haegen (Verkeer) schakelde de raad begin juli in als onderdeel van een compromis binnen het kabinet over de privatisering van de luchthaven. Een besluit daarover hangt al vier kabinetsperiodes boven de markt. Ook binnen de huidige coalitie sleepte de kwestie voort, omdat vooral het CDA niet gerust was op de risico’s voor Schiphols mainportfunctie.

De raad steunt de nu voorgenomen gedeeltelijke privatisering om Schiphols internationale concurrentiepositie te versterken. Hij acht het uitstellen van een besluit schadelijker dan de risico’s van zo’n stap. Wel stelt de raad dat door behoud van een meerderheidsbelang de luchthaven tegen vijandige overnames is beschermd. Verder kunnen de publieke belangen niet door wet- en regelgeving worden gewaarborgd. „Het belang van Schiphol is te groot voor Nederland om alleen aan de markt over te laten”, aldus raadslid Schaake.

De raad geeft nog een argument. Zou de overheid geen meerderheid meer hebben en de exploitant inzetten op snel winst maken ten koste van Schiphols mainportfunctie, dan moet de overheid volgens het kabinetsvoorstel de exploitatievergunning intrekken. Gebruik van dat ultieme middel is „onnodig schadelijk” voor het internationale imago van Nederland en voor Schiphols internationale positie. „Door een meerderheidsbelang kan de overheid in dreigende crises eerder sturend optreden.”

Het ministerie van Verkeer is tevreden met het rapport en kan zich volgens een woordvoerder van Schultz vinden in de conclusies. Hij voegt daar nadrukkelijk aan toe dat „dit kabinet niet van plan is het meerderheidsbelang te vervreemden.”

Of het nu snel tot een gedeeltelijke privatisering van Schiphol komt, hangt af van het besluit van de ministerraad en de vraag wanneer het ministerie van Financiën de tijd rijp acht voor een beursgang.