Minister Hugo de Jonge van Volksgezondheid heeft zijn Duitse collega Jens Spahn vrijdag bedankt voor de intensivecarebedden die Duitsland beschikbaar stelde voor Nederlandse coronapatiënten. „Duitsland heeft ons fantastisch geholpen toen we het in Nederland eigenlijk niet meer aankonden”, aldus de bewindsman, die met Spahn op bezoek was bij het academische ziekenhuis Radboudumc in Nijmegen. In Duitsland liggen nu nog drie besmette Nederlanders op de intensive care.

Beide bewindslieden zeiden in Nijmegen dat de buurlanden blijven samenwerken, ook nu de coronacrisis lijkt af te vlakken. „Totdat er een vaccin is, is gezamenlijk onderzoek naar innovatieve behandelmethoden noodzaak. Nederland heeft indrukwekkende voorbeelden van zulk onderzoek”, aldus Spahn.

Zo’n voorbeeld is het onderzoek naar de werkzaamheid van het tbc-vaccin tegen corona, dat onder leiding van de Nijmeegse hoogleraar Mihai Netea in onder meer Nederland en Duitsland wordt gedaan. Het tbc-vaccin, dat al 100 jaar bestaat, zorgt ook voor minder luchtwegklachten en longontstekingen, is al eerder gebleken. Nu worden tienduizenden mensen getest om te kijken of het vaccin ook coronaklachten voorkomt of vermindert. In Nederland zijn donderdag de laatste patiënten van een onderzoeksgroep van 1500 ziekenhuismedewerkers en 2000 ouderen behandeld, vertelde Netea vrijdag aan de bewindslieden.

„Over zes tot tien maanden weten we of dit vaccin geschikt is om klachten bij risicogroepen te verminderen”, aldus Netea. Als zijn verwachting uitkomt, kan het middel de periode overbruggen totdat er een of meer echte coronavaccins zijn. Minister De Jonge zei in dat geval bereid te zijn om de toepassing toe te staan. „We moeten alles doen om het virus zo massief mogelijk aan te vallen. Maar het onderzoek is nog pril, nog even voorzichtig aan”, aldus de bewindsman.