Gehandicapten klagen over universiteiten
Studenten met een lichamelijke handicap zijn niet erg te spreken over de hulp die ze van hun universiteit of hogeschool krijgen.
Opvang, begeleiding en aanpassingen waarderen ze met een 6,3. Vooral informatie over speciale regelingen of aanpassingen laat te wensen over.
Dat zijn de belangrijkste conclusies van een onderzoek onder studenten met een handicap dat maandag is verschenen. Het Leidse onderzoekscentrum Choice ondervroeg in opdracht van expertisecentrum Handicap & Studie 20.000 studenten naar handicaps. Volgens het onderzoek zijn er in Nederland 30.000 studenten die met een beperking te maken hebben. Bijna de helft van hen worstelt met dyslexie.
Daarna komen studenten met psychische problemen (12 procent) en chronische ziekten (11 procent). Doven en blinden of studenten die zich moeilijk voortbewegen vormen een kleine minderheid. Wel waardeert de laatste groep hun instelling vrij matig, alleen studenten met pijnklachten en bewegingsbeperkingen zijn nog minder tevreden.
Over aanpassingen aan gebouwen hebben gehandicapte studenten betrekkelijk weinig te klagen, aangepaste lessen en tentamenregelingen doen het al een stuk slechter. Voorlichting scoort met een 5,7 het slechtst.
Studenten met een beperking stoppen iets minder vaak met hun studie dan een volledig gezonde student, maar doen wel langer over hun studie.
Gehandicapte studenten kiezen vaker voor een technische of een creatieve opleiding. Een goede keuze, denkt Choice, want juist deze studies vallen bij hen in de smaak. Een opleiding als economie is niet populair bij studenten met een handicap.