„Echte vrede kwam pas op 9 mei 1950”
Europadag 2020. Een dag om te herinneren dat precies zeventig jaar geleden de geboorteakte van de Europese Unie door de Franse minister van Buitenlandse Zaken, Robert Schuman, werd gepresenteerd. Welke rol speelt die verklaring zeven decennia later nog in de EU?
Echte vrede, verzoening en vergeving kwam op 9 mei 1950, niet op 5 mei 1945, gaat Jeff Fountain, directeur van het Schuman Centre for European Studies, met zijn verhaal van start. Fountain gaat terug naar de tijd vlak na de Tweede Wereldoorlog. „De eerste vijf jaar na de oorlog leed Europa bij wijze van spreken aan een posttraumatische stressstoornis. Het was niet zo ideaal dat alles na de bevrijding mooi was. Families waren gebroken en gescheiden; er leefde woede en bitterheid.”
„Wij zijn vergeten hoe vrede tot stand is gekomen”, vervolgt hij. Fountain beschrijft de centrale rol van Robert Schuman, een Fransman die het noodzakelijk achtte voor de wederopbouw van Europa dat „Fransen de Duitsers zouden vergeven en liefhebben. (…) Schuman wilde de cyclus van wraak in Europa doorbreken met christelijke vergevingsgezindheid.”
Voor Schuman –maar ook voor de andere grondleggers van de EU– speelde het christelijk geloof een grote rol, vertelt Fountain. „Hun boodschap was er een van eenheid en gemeenschappelijk goed. Het ging niet om eigenbelang, maar om naastenliefde.” Het is deze Europese ziel die zeventig jaar later weer moet worden teruggevonden, meent de directeur.
De Europese geest is niet: naar Brussel gaan en „Nederland, Nederland, Nederland” roepen, zegt Fountain. Samenwerken is juist de geest van Europa. „Die moet weer worden omarmd. Als dat niet gebeurt, is er weinig hoop op een bloeiende EU. Zeker tijdens de coronacrisis moet er in de EU weer op het gedachtegoed van Schuman worden teruggegrepen.”
Terugkeer
Valt er tijdens de huidige crisis al een terugkeer naar de beginselen van het Europese project waar te nemen? Niet genoeg, zegt Fountain beslist. „Daar moeten we meer over horen.”
Elke crisis is echter wel een moment van reflectie, zegt Victoria Martin de la Torre, auteur van het boek ”Europe, a Leap into the Unknown” over de oprichters van de EU. „Het geeft de gelegenheid om te kijken waarom en hoe we samenwerken, of het laat zien dat mensen bang zijn en handelen uit eigenbelang.”
Martin de la Torre heeft hoop dat mensen door de crisis interesse krijgen in de oorsprong van de EU en daarin de christelijke filosofie, de Bijbel en het Evangelie ontdekken. Met haar boek verdiepte de auteur zich al precies in dit thema. „De inspiratie van sommige Europese grondleggers was religieus. Schuman, bijvoorbeeld, leefde zijn leven met God. Als je elke dag met Christus leeft, niet alleen op zondag, dan heeft dat invloed op alles wat je doet. Ik denk dat dit rond de oprichting van het Europese project ook het geval was.”
Dit had ook tot gevolg dat er op het begin een realistisch beeld was van de menselijke aard, zegt Martin de la Torre. „De grondleggers waren er zeer van bewust dat het niet utopisch zou worden. Het doel was ook niet om allemaal hetzelfde te worden, maar om één te worden in diversiteit.”
De huidige discussies over samenwerking doet de vraag rijzen: Waar is het misgegaan? Een van de punten die Martin de la Torre belicht, is dat de Europese Commissie –het dagelijks bestuur van de EU– de afgelopen jaren is verzwakt, terwijl de Europese Raad van regeringsleiders is versterkt. Zo werd de Raad na het Verdrag van Lissabon in 2007 geïnstitutionaliseerd tot een permanente Europese instelling.
De auteur wijst erop dat de Commissie Europese belangen behartigt, terwijl de Raad zich focust op nationale belangen. „EU-regeringsleiders missen die Europese geest van samenwerking. Het debat is zo lelijk geworden. Het zou moeten gaan over hoe ze elkaar kunnen helpen, niet over wat ze van elkaar eisen.”
Uitbreiding
Deze houding zou wat haar betreft ook moeten worden aangenomen rond het thema EU-uitbreiding. Afgelopen woensdag was er een virtuele EU-top met de Balkanlanden, waar uitbreiding formeel niet op de agenda stond, maar wél ter sprake had moeten komen. „We moeten het geloof behouden dat we allemaal onderdeel zijn van dezelfde familie, terwijl we ook de moeilijkheden begrijpen”, zegt Martin de la Torre. „Het doet me denken aan Genesis 4. God vraagt aan Kaïn: Waar is uw broeder? Kaïn reageert met de vraag: Ben ik verantwoordelijk voor mijn broer? Ja, ook vandaag zijn wij verantwoordelijk voor onze broers.”