Afrika vraagt Europa landmijnen te ruimen
Afrika wil dat Europese landen geld uittrekken voor het ruimen van de landmijnen die zij in de Tweede Wereldoorlog in het werelddeel hebben geplaatst. In Afrika liggen zo’n 40 miljoen landmijnen en elk jaar raken zeker 12.000 mensen door exploderende mijnen verminkt. De kosten om de mijnen te ruimen lopen volgens deskundigen in de miljarden euro’s.
De oproep werd vrijdag gedaan aan het eind van een conferentie van de Afrikaanse Unie over landmijnen. In een slotcommuniqué werd gezegd dat de Europese landen die de mijnen hebben gelegd een „redelijk percentage” van hun begroting zouden moeten bestemmen voor het opruimen van de mijnen.
Groot-Brittannië en Duitsland hebben miljoenen mijnen in Afrika geplant, vooral tijdens de slag bij El-Alamein in Egypte. Van die krachtmeting tussen de veldmaarschalken Bernard Montgomery en Rommel, die een keerpunt in de oorlog betekende, resteren nog zeker 17 miljoen mijnen. Het ruimen daarvan zal volgens Egyptische experts zo’n 20 miljard dollar kosten. Het is de morele verantwoordelijkheid van de oorlogvoerende partijen om daaraan bij te dragen, vinden de Afrikanen.
De bijeenkomst in Addis Abeba gaat vooraf aan een topconferentie over de uitvoering van het Verdrag van Ottawa, dat landmijnen verbiedt en beoogt voor 2009 alle achtergebleven landmijnen te verwijderen. Het verdrag is door 143 landen geratificeerd, waaronder 48 Afrikaanse landen. De enige Afrikaanse landen die niet hebben getekend zijn Egypte, Ethiopië, Libië, Marokko en Somalië.
Sinds de conventie in 1999 van kracht werd, is het aantal van 35.000 slachtoffers van mijnen per jaar gehalveerd. Naar schatting 37 miljoen mijnen zijn geruimd, maar er zijn er nog zo’n 200 miljoen over.