Kabinet wil infra-projecten naar voren halen nu wegen stil zijn
Infrastructuurprojecten moeten ook in de coronacrisis zoveel mogelijk doorgaan. Sommige projecten moeten ook naar voren worden gehaald nu de wegen wegens de „intelligente lockdown” een stuk rustiger zijn. Een speciaal team binnen Rijkswaterstaat gaat kijken waar dat mogelijk is, meldt minister Cora van Nieuwenhuizen (Infrastructuur en Waterstaat) aan de Tweede Kamer.
„Nu het rustiger op de weg is, kunnen we bijvoorbeeld makkelijker een rijstrook afsluiten om extra meters te maken met het aanbrengen van een nieuwe laag asfalt of ander onderhoudswerk alvast meenemen”, zegt Van Nieuwenhuizen. „Dit levert niet alleen extra werk op voor de bouw maar zorgt er ook voor dat er minder hinder is als het weer drukker is op de weg.”
Daarnaast wordt er gekeken naar projecten die in de tweede helft van dit jaar of in 2021 van start kunnen gaan en neemt het kabinet maatregelen om de geldstroom naar aannemers op gang te houden. Waar dit nog niet het geval is, worden betaaltermijnen zoveel mogelijk teruggebracht naar een maand. Voor langer lopende projecten wil Rijkswaterstaat ook per maand betalen. Het kabinet hoopt dat dit ervoor zorgt dat hoofdaannemers ook onderaannemers (vaak kleinere bedrijven die bijvoorbeeld onderdelen van projecten uitvoeren) goed blijven betalen.
Maxime Verhagen, voorzitter van Bouwend Nederland, voelt zich „bijzonder gesteund” door Van Nieuwenhuizen. „Een vitale bouw- en infrasector is van levensbelang voor de Nederlandse economie. Werk in de markt blijven zetten en daar waar mogelijk naar voren halen is de beste waarborg voor spoedig economisch herstel.” Hij roept grote opdrachtgevers ook snel te blijven betalen.
Het kabinet heeft daarnaast ook met de bouwsector en banken afspraken gemaakt over het door laten gaan of versnellen van investeringen, vergunningen en aanbestedingen in de woningbouw. Zo is afgesproken dat eventuele risico’s tussen partijen worden verdeeld. De partijen hebben aangegeven dat ze de woningbouw op gang willen houden.
„Ik zie dat de sector zich echt bewust is van wat er op het spel staat en dat alle partijen bereid zijn maatregelen te nemen om te voorkomen dat de bouw en de woningmarkt weer op achterstand komt”, zegt minister Kajsa Ollongren (Binnenlandse Zaken).