Kremlin hekelt internationale kritiek
Het Kremlin raakt in toenemende mate geïrriteerd door de aanzwellende kritiek vanuit het Westen op de Russische aanpak van het terrorisme.
Na de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken, Colin Powell, en scheidend eurocommissaris van Buitenlandse Zaken Chris Patten heeft nu ook de Amerikaanse president Bush zich negatief uitgelaten over de maatregelen die zijn Russische ambtgenoot Poetin heeft aangekondigd in de strijd tegen het terrorisme. Deze zouden volgens Bush de grondbeginselen van de Russische democratie aantasten en de machtsbalans tussen de centrale macht en de lokale overheden ondermijnen.
Maar de Russische leiders menen dat ze zelf het beste weten hoe ze met het terrorismeprobleem moeten omgaan en zitten daarbij absoluut niet te wachten op bemoeienis van buitenaf. Ze wezen de kritiek van de afgelopen dagen daarom volledig af als „irrelevant” en „inmenging in binnenlandse aangelegenheden.”
Hoewel de afhandeling van het bloedige gijzelingsdrama in Beslan al direct veel vragen opriep, onthielden de meeste landen zich aanvankelijk nog van kritiek. Door de buitenproportionele wijze waarop de Russische autoriteiten hadden gereageerd op het verzoek van de Nederlandse minister van Buitenlandse Zaken, Bot, om meer informatie over de vraag hoe de tragedie had kunnen plaatsvinden, begreep men dat de Russen hier voorlopig nog niet klaar voor waren.
De Russen riepen na de uitspraken van minister Bot direct de Nederlandse ambassadeur op het matje voor uitleg. Uiteindelijk paste de Nederlandse minister zijn formulering enigszins aan, maar de pro-regeringsmedia spraken er nog dagenlang schande van.
Inmiddels zijn sinds de dramatische bestorming van de school in Beslan twee weken verstreken. In deze periode zijn veel nieuwe feiten over het bedenkelijke optreden van de autoriteiten aan het licht gekomen. Deze lopen uiteen van het uit de weg gaan van de verantwoordelijkheid door lokale leiders tot het op grote schaal verdraaien van feiten tegenover de buitenwereld, zoals donderdag ook nog eens werd bevestigd in een rapport van de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa (OVSE).
Daarnaast weigert het Kremlin een openbaar onderzoek naar de gang van zaken. Na lange onduidelijkheid komen er opeens wel twee parlementaire onderzoeken naar de gijzeling, een door de Federatieraad, het Hogerhuis, en een door de Doema, het Lagerhuis. Maar beide worden volledig overheerst door Poetin-gezinden, die altijd precies doen en zeggen wat het Kremlin hun opdraagt.
Ten slotte is er de toespraak van president Poetin van begin deze week waarin hij in het kader van terrorismebestrijding aankondigde nog meer macht naar zich toe te zullen trekken ten koste van de onafhankelijkheid van het parlement en de regionale leiders. Vooral deze plannen hebben de aanvankelijke ingetogenheid van de internationale gemeenschap definitief doorbroken. De Amerikaanse minister Powell nam dinsdag het voortouw door te spreken over het bewust ongedaan maken van democratische hervormingen die onder president Jeltsin juist in gang waren gezet.
Zijn collega, onderminister van Buitenlandse Zaken Richard Armitage, riep vrijwel gelijkertijd Moskou op niet geheimzinnig te doen over de manier waarop het het terrorisme wil bestrijden. Vervolgens eiste minister Bot een dag later namens de EU meer respect voor de mensenrechten in Tsjetjenië van de Russen, ondanks de terreurdaden van sommige Tsjetsjenen. En eurocommissaris Patten zei kort daarop dat er van meer macht voor het Kremlin weinig goeds kon worden verwacht.
De reacties in Rusland lieten niet lang op zich wachten. Minister van Buitenlandse Zaken Sergej Lavrov wees zijn Amerikaanse collega Powell erop dat de aangekondigde maatregelen een pure interne aangelegenheid betreffen. De Russen geven volgens Lavrov ook geen commentaar op de wijze waarop de presidentsverkiezingen in de VS worden gehouden.
Een van de vice-voorzitters van de Doema, Vladimir Pechtin, wijst erop dat de VS na de terreuraanslagen van 11 september ook zelf niet-democratische maatregelen hebben genomen om een herhaling van dit soort aanslagen te voorkomen. Maar Rusland heeft zich op zijn beurt daar nooit kritisch over uitgelaten.
De gouverneur van de provincie Jaroslavl, Anatoli Lisizyn, zegt dat ook in Polen en Frankrijk de gouverneurs worden aangewezen door de president, maar dat daar geen enkele internationale kritiek op bestaat. De Russische nationalist Vladimir Zjirinovsky ten slotte heeft het Kremlin opgeroepen de Amerikaanse ambassade zo streng toe te spreken dat de VS zich nooit meer met de Russische interne aangelegenheden durven te bemoeien.