Potentiële behoefte aan kwart miljoen ouderenwoningen
Een verdere scheefgroei in de woningmarkt dreigt als er geen haast wordt gemaakt met preventieve aanpassingen voor ouderen aan woningen en het bouwen van ouderenwoningen op de juiste plekken, denken economen van Rabobank. Volgens hen is er potentiële behoefte aan 250.000 ouderenwoningen.
Volgens de Rabobank-economen zijn er in 1,2 miljoen huizen preventieve aanpassingen nodig zodat de bewoners er langer zelfstandig kunnen blijven. Dat gebeurt volgens de analisten nog weinig.
Het alternatief is volgens hen dan verhuizen, maar daarvoor ontbreekt het aanbod in de buurt. „Zolang geschikt aanbod op de juiste plekken ontbreekt, verhuizen ouderen niet”, aldus de economen.
Om aan dat aanbod te voldoen, moeten in totaal ongeveer 250.000 ouderenwoningen worden bijgebouwd. Dat is volgens Rabobank ook nodig voor jongere mensen, die moeilijk doorstromen in de huizenmarkt doordat maar weinig ouderen verhuizen.
Hypotheekadviseur Van Bruggen Adviesgroep ziet dat probleem ook. Volgens Van Bruggen zouden vijftigplussers zijn ondervertegenwoordigd bij de doorstromers op de huizenmarkt, terwijl zij over het algemeen meer financiële ruimte hebben en makkelijker kunnen doorstromen.
„Slechts 45 procent van de doorstromers op de huizenmarkt is vijftigplusser. Dat is heel weinig en opvallend want die groep heeft wat ons betreft de sleutel in handen om de doorstroming op de huizenmarkt te versnellen. Juist deze groep bezit ook veel koopwoningen”, aldus Michiel Meijer, directeur bij Van Bruggen.
Meijer verwijst naar CBS-cijfers waaruit zou blijken dat senioren, naarmate zij ouder worden, steeds minder graag verhuizen. „Ik ben bang dat ze dat doen omdat er geen betere opties zijn. Door tegemoet te komen aan de wensen van deze groep, komen er woningen vrij waardoor bijvoorbeeld veertigers weer door kunnen schuiven. Op die manier komt er ook weer ruimte voor starters.”