Jeugdzorg en kinderbescherming zien geen toename in meldingen
Het aantal meldingen over kindermishandeling en andere crisissituaties in gezinnen is de afgelopen weken ongeveer gelijk gebleven. Zowel de Raad voor de Kinderbescherming als Jeugdzorg Nederland ziet geen toename in het aantal meldingen. Hulpverleners zijn wel bezorgd over de situatie, zeker naarmate de coronacrisis langer voortduurt en mensen massaal thuiszitten.
Het aantal spoedmaatregelen is de afgelopen weken niet noemenswaardig gestegen of gedaald, laat de Kinderbescherming weten. „We zien nog geen trendbreuk. Er bestaan uiteraard wel zorgen over de situatie”, zegt een woordvoerder.
Ook het aantal incidenten waarvoor Jeugdzorg wordt ingeschakeld, is niet toegenomen. „Je kunt je wel voorstellen dat spanningen in gezinnen oplopen”, zegt een woordvoerder van brancheorganisatie Jeugdzorg Nederland. Hij wijst er wel op dat problemen „onder de radar” kunnen blijven, zeker in gezinnen die niet in beeld zijn bij de jeugdhulpverlening.
Ook bij de Veilig Thuis-organisaties, die vaak het eerste aanspreekpunt zijn bij vermoedens van huiselijk geweld, was tot nog toe geen significant verschil te zien. „Dat landelijk de meldingen niet stijgen, stelt ons verre van gerust”, zei voorzitter Debbie Maas van het Landelijk Netwerk Veilig Thuis daar onlangs over. „Partijen als wijkteams, onderwijs en politie hebben in deze tijd minder zicht dan normaal op huiselijk geweld en kindermishandeling.”
Maas noemt het „logisch dat spanningen oplopen”. „We horen dat mantelzorgers onder druk komen te staan, mensen hun baan verliezen en dat de combinatie thuiswerken en kinderen helpen met schoolwerk heel ingewikkeld is. In sommige huishoudens kan die spanning escaleren tot geweld. Hier maken we ons ernstig zorgen over. Zeker nu er zo weinig vrienden, familie maar ook hulpverlening over de vloer komt.”
De woordvoerder van Jeugdzorg Nederland wijst erop dat kinderen uit gezinnen die te boek staan als kwetsbaar vaak nog wel naar school gaan. „Die kinderen hebben de structuur van school nodig”, zegt hij. „Veel gemeenten hebben voor deze kinderen iets geregeld, maar niet allemaal.”
Jeugdhulpverleners moeten hun werk nu veelal op afstand doen. Ze houden contact met gezinnen via telefoon en videoverbindingen. „Maar als we het echt niet vertrouwen, gaan we alsnog langs. Ook als je een Skype-afspraak hebt en mensen nemen niet op. Je kunt nu eenmaal niet alles op afstand doen, het is mensenwerk.” Bij huisbezoeken houden hulpverleners zoveel mogelijk afstand. Als iemand klachten aan de luchtwegen heeft, moeten ook jeugdhulpverleners beschermende middelen zoals mondmaskers gebruiken.