Binnenland

„Voorstel verbod moskeeën is onbekookt”

„Onbekookt en levensgevaarlijk.” Zo omschrijft L. M. P. Scholten, oud-raadslid voor de SGP/GPV in Capelle aan den IJssel, het initiatiefwetsvoorstel van de kamerleden Wilders en Eerdmans (LPF) dat het ontbinden van kerkgenootschappen mogelijk moet maken.

J. Visscher
16 September 2004 11:49Gewijzigd op 14 November 2020 01:38

Het wetsvoorstel, bedoeld om radicale moskeeën aan te pakken, komt voort uit „de waan van de dag”, stelt Scholten. „De verontwaardiging richt zich bijvoorbeeld op een passage in het boek ”De weg van de moslim”. Daarin wordt opgeroepen om homo’s met hun hoofd naar beneden van een dak af te gooien. Die passage vindt breed afkeuring. Maar daarom moeten we niet meteen kerkgenootschappen ontbinden. Opinies wisselen immers heel snel. Veertig jaar geleden was abortus nog een misdaad, nu is het haast een misdaad om vrouwen te weerhouden van abortus.”

Scholten moet niets hebben van de kruistocht die kamerleden als Hirsi Ali (VVD) en Wilders ondernemen om openbare geloofsuitingen aan banden te leggen. „Een verwerpelijke gedachte. Geloof en godsdienst kun je niet beperken tot de privé-sfeer.”

Hoewel Scholten het wetsvoorstel van de hand wijst, ziet hij wel „nuttige kanten” aan de discussie over radicale moskeeën. „Het is goed om oren en ogen op te houden. Minister Donner van Justitie heeft gezegd dat hij genoeg instrumenten heeft om de aantasting van de rechtsorde tegen te gaan. Dan moet hij ook duidelijk maken hoe hij dat precies wil doen.”

De globale toetsing van mensen die een kerkgenootschap willen oprichten, zou wellicht wat strenger moeten worden toegepast, oppert Scholten. „Ergens moet duidelijk zijn dat een kerkgenootschap een bonafide organisatie is. Nu kan iedereen ongeveer een kerkgenootschap oprichten. Daar is in Nederland veel ruimte voor. Een voorbeeld is de satanskerk. Die wordt niet ontbonden, omdat de overheid de satanskerk het voordeel van de twijfel geeft. Toch heeft die beweging niets van doen met een kerk. Ook de mormonen zijn in het verleden erkend, hoewel zij in theorie polygamie voorstaan.”

Op grond van de theocratische gedachte zou de overheid valse godsdienst moeten weren en uitroeien. Maar in de huidige politieke praktijk kan dat niet de eerste eis zijn die aan de overheid moet worden gesteld, zegt Scholten, oud-hoofdbestuurslid van de SGP. „Eerst is de vraag: Overheid, erkent u dat u Gods dienares bent? Het antwoord daarop is negatief. Daarom kun je aan deze overheid niet vragen om valse godsdienst te weren. Dan krijg je de grootst mogelijke ongelukken.”

Gevolg van de wet kan zijn dat ook orthodox-protestantse kerken onder kritiek worden gesteld, stelt Scholten. „Dat moet je in de toekomst niet uitsluiten. Vooral de opvattingen over de positie van de vrouwen en homoseksualiteit roepen weerstand op.”

Het in één adem noemen van moslimextremisme en het orthodox christendom getuigt van „domheid”, betoogt Scholten. „Het gaat om totaal verschillende categorieën. In het christendom van nu doet het dreigen met en praktiseren van geweld zich niet voor.”

Scholten heeft er alle vertrouwen in dat predikanten de juiste woorden kiezen om zaken als homoseksualiteit af te wijzen. „De laatste jaren is openheid rond seksualiteit toegenomen. Predikanten kunnen dan in de verleiding komen om duidelijker te zijn in het benoemen van zonde. Maar daarbij moet je oppassen voor onbekookte uitspraken. Natuurlijk moet zonde duidelijk veroordeeld worden, maar een afwijzing van het kwaad moet ten allen tijde ingebed zijn in liefde tot de naaste.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer