Uit gegevens van de WEA-commissie voor godsdienstvrijheid blijkt, aldus directeur Johan Candelin, dat discussies tussen Turkse regeringsvertegenwoordigers en leiders van de christelijke kerken tot concrete resultaten hebben geleid.

Een voorbeeld daarvan is het nieuwe persoonsbewijs dat iedere burger met ingang van volgend jaar bij zich moet dragen. Daarop wordt, in tegenstelling tot het verleden, zijn of haar religie niet vermeld. Dit bevordert de gelijke behandeling van alle burgers, christenen incluis.

Verder is bereikt dat er in Ankara en Istanbul internationale scholen gevestigd mogen worden. Deze scholen krijgen meer vrijheid in het samenstellen van hun curricula dan de staatsscholen. Volgens Candelin toonden de autoriteiten veel begrip voor de kleine protestantse gemeenten.

De internationale organisatie voor mensenrechten IGFM liet begin deze maand, op een seminarie in Frankfurt, een ander geluid horen. Volgens haar worden de ongeveer 150.000 christenen in Turkije, ondanks hervormingsplannen van de regering, nog altijd sterk beperkt in hun godsdienstvrijheid.