Kamer houdt vast aan steun noorden
De provincies Groningen, Friesland en Drenthe zijn inzet van een forse botsing tussen het kabinet en de Tweede Kamer. Staatssecretaris Van Gennip (Economische Zaken) weigert hun na 2006 nog financiële steun te verlenen, maar een kamermeerderheid vindt dat zij zich moet houden aan gemaakte afspraken.
Woensdag leidden de verschillende standpunten tijdens een debat in de Tweede Kamer tot een rechtstreekse confrontatie. Al langer is duidelijk dat het kabinet af wil van de specifieke steun aan het noorden, die erop gericht is de industrie in dit gebied te moderniseren en op te trekken naar het gemiddelde niveau van Nederland. In de toekomst wil het kabinet z’n geld juist zetten op economisch kansrijke regio’s, zoals bijvoorbeeld de Randstad.
Tot 2006 blijft het kabinet volgens de zogeheten Langman-afspraken het noorden jaarlijks 60 miljoen euro overmaken. Daarna wil Van Gennip echter de kraan dichtdraaien. Volgens haar zijn er geen afspraken die het kabinet verplichten er nog langer mee door te gaan. De noordelijke provincies zelf zijn het daar radicaal mee oneens. Ook een kamermeerderheid maakte woensdag duidelijk te denken dat er nog wel degelijk afspraken liggen.
De ChristenUnie voert al langer actie voor behoud van de steun aan het noorden, onder meer via de inzameling van digitale handtekeningen. Ook de linkse oppositie (PvdA, SP en GroenLinks) ging woensdag op de bres voor de subsidie. Regeringspartij D66 toonde zich bereid de oppositie aan een meerderheid te helpen. Kern van het standpunt van deze meerderheid is dat de Langman-afspraken tot 2010 van kracht dienen te zijn.
De coalitiepartijen CDA en VVD stelden zich woensdag, evenals overigens de SGP, gereserveerder op. Volgens VVD’er Schnijder moet er kritisch naar de plannen van het noorden gekeken worden en moeten de provincies ondersteund worden bij de omslag van een economie met vooral arbeidsintensieve diensten naar een kenniseconomie. Het CDA wil Van Gennip slechts vastleggen op het zoeken naar extra geld voor de periode na 2006.
De CDA-staatssecretaris zei woensdag wel bereid te zijn om te gaan praten met Noord-Nederland. Het bijbehorende geld wordt echter een groot probleem, zo voorspelde ze. „Er is 60 miljoen euro beschikbaar”, aldus Van Gennip. „Als dat naar het noorden gaat, kan het niet naar plannen van andere regio’s.”
De Kamer gaf Van Gennip wel groen licht voor haar andere benadering voor het regionale beleid. Die is wat haar betreft niet meer zo gericht op het steunen van zwakke regio’s, maar op het investeren in sterke punten.
Ongeveer 150 staten- en raadsleden uit Noord-Nederland zetten woensdag hun pleidooi voor voortzetting van de steun kracht bij door aanwezig te zijn in de Tweede Kamer. Ze boden de kamerleden bovendien een petitie aan.
Na afloop van het debat waren de meesten voorzichtig positief over de opstelling van de Kamer. De Groningse commissaris van de Koningin, Alders, had een „krachtig signaal” vanuit de Kamer ervaren. „Men heeft duidelijk gezegd tegen de staatssecretaris: zo kan het niet.” Net als zijn collega van Drenthe, Ter Beek, hoopt hij dat de Kamer zich vastbijt in het verkrijgen van de steun tot 2010. Ter Beek had zich tijdens het debat flink geërgerd aan Van Gennip. „Keiharde afspraken lagen er, en ze ontkent ze nu gewoon.”