Taiwan vangt weer bot bij VN
Taiwan heeft woensdag opnieuw bot gevangen met een poging weer lid van de Verenigde Naties te worden. De Algemene Vergadering weigerde het onderwerp op de agenda te zetten.
China is gekant tegen een Taiwanese vertegenwoordiging bij de volkerenorganisatie. Peking beroept zich op een VN-resolutie uit 1971 waarbij de Chinese VN-zetel aan Peking werd toegekend. De afgevaardigden van Taipei moesten de VN toen verlaten.
Officieel bestaat er maar één China. Sinds de burgeroorlog in 1949 beschouwen de Volksrepubliek China en de Republiek China (Taiwan) elkaar als afvallige landsdelen.
De Taiwanese president Chen Shui Bian richtte zich woensdag in een videoboodschap tot de journalisten die in New York de VN verslaan. „Een vrij en democratisch land zoals Taiwan zou niet het ontbrekende onderdeel moeten zijn voor het principe van universaliteit van de Verenigde Naties”, aldus Chen. Volgens hem zijn de 23 miljoen Taiwanezen slachtoffers van „politieke apartheid.”
Een bijzonder detail is dat de Nationalistische Partij (Kwo Min Tang) van Taiwan toen zij in 1945 nog op het vasteland van China zetelde een van de oprichters van de Verenigde Naties was. Toen de Nationalisten in 1949 door de communisten werden verslagen en onder leiding van Tsjang Kai Sjek naar Taiwan vluchtten, behield Taiwan de ’Chinese’ zetel. Totdat in 1971 de VN Peking erkenden en Taiwan waarschijnlijk uit de VN zou zijn gezet als het zich niet vrijwillig had teruggetrokken.