Cultuur & boeken

Portretten van ambivalente gemeenteleden

Titel:

15 September 2004 13:18Gewijzigd op 14 November 2020 01:38

”Met één been in de kerk. Verlangen naar een kerk die verschil maakt”
Auteur: dr. Riet Bons-Storm
Uitgeverij: Narratio, Gorinchem, 2004
ISBN 90 5263 328 2
Pagina’s: 176
Prijs: € 13,50. Helaas een bekend verschijnsel: mensen die wel lid zijn van een kerkelijke gemeente, maar er nauwelijks of niet komen. Om welke reden dan ook. Wat moet de kerk met hen aan? Het boekje ”Met één been in de kerk” wil het verhaal van deze mensen beluisteren en suggesties doen om met hen aan de slag te gaan.

Het was niet gemakkelijk om mensen te vinden die hun verhaal wilden doen, schrijft auteur dr. Riet Bons-Storm, voormalig hoogleraar vrouwenstudies aan de Rijksuniversiteit Groningen. De échte buitenkerkelijken („Ik ben als kind gedoopt; ik heb me nooit bewust voor die kerk opgegeven, dus ik hoef me ook niet uit te schrijven”) willen geen tijd besteden aan het vertellen van hun ervaringen met de kerk. Degenen die wel na willen denken over hun beleving van geloof en kerk blijken in veel gevallen een schuldgevoel te hebben: ze willen zich onder geen beding laten uitschrijven, maar voor actieve deelname zijn ze niet (meer) warm te krijgen. Helemaal lekker voelen ze zich daar echter niet bij, zo blijkt uit hun verhaal.

”Met één been in de kerk” bevat elf verhalen van deze zogenaamde ambivalenten. De meesten van hen groeiden in een kerkelijk meelevend gezin op, vooral van hervormden en gereformeerden huize. Bij het volwassen worden maakten ze echter andere keuzes dan hun ouders. Soms als tegenreactie. Zoals Ad (de namen zijn fictief): „Ik heb geen zin om te zijn zoals mijn vader. Die kwam uit zijn werk en dan was er om half 8 weer de kerkenraad. (…) Als huisvader word je ook geacht tijd te spenderen aan je kinderen. Maar vroeger was het: pa is naar de kerkenraadsvergadering.”

Passief

In veel verhalen is het de invulling van de eredienst die ervoor zorgt dat mensen (bijna) niet meer naar de kerk gaan. Jan: „Die dominee staat daar een eenzijdig verhaal te vertellen, je vangt zo nu en dan wat op of niks. Het is het vaste ritueeltje: wat zingen, wat stukjes lezen. (…) Het is zo passief. Deze manier van kerkzijn spreekt me helemaal niet meer aan.” Ook de persoon van de predikant is voor velen heel belangrijk. Thea: „Als een dominee het eens in een heel nieuw daglicht kan stellen, dan heb je het gevoel: ik heb er wat aan gehad. Dat heb ik de laatste jaren nooit gehad. De vorige predikant gaf me dat wel. Een predikant heeft toch wel heel veel invloed. Hij bepaalt de sfeer.”

Alle mensen in deze bundel noemen zich intussen wel gelovig. Zo benadrukt Carla: „Maar ik geloof wel. Geloven is: in God geloven, toch. Dat betekent er voor elkaar zijn, elkaar respecteren, helpen. God helpt daar hopelijk wat bij. (…) Ik vind het wel fijn om te geloven! Want ik heb helemaal niet van: als ik iets niet goed doe dan kom ik in de hel.” En Judith: „Ik vínd het niet in de kerk. Ik heb wel altijd mijn gesprekken met God. Ik kan in m’n eentje in de tuin werken en dan stuur ik een heel verhaal naar boven.”

Dr. Bons-Storm geeft, nadat ze het hele verhaal van iemand heeft weergeven -al te letterlijk overigens-, steeds een analyse en commentaar. Daarbij gebruikt ze allerlei (godsdienst)psychologische en sociologische modellen. Ze laat er geen onduidelijkheid over bestaan dat de beleving van mensen die niet of nauwelijks meer naar de kerk gaan, in haar ogen wel degelijk legitiem is. Over Judith concludeert ze: „Qua inhoud zou je kunnen zeggen dat Judith maar een beetje gelooft. Jezus speelt bijvoorbeeld geen noemenswaardige rol. Maar ook als je kunt zeggen dat je ”een beetje gelooft”, is dat niet mogelijk zonder de passie, de geraaktheid door die Ander, God. Ook wie maar een beetje gelooft, gelóóft.”

Kloof

De auteur bedoelt met dit boekje dan ook de kloof te dichten tussen de kerk enerzijds en het niet-meelevende gelovige gemeentelid anderzijds. Niet dat ze de laatste aanspoort het weer in de kerk te gaan zoeken. Nee, de kerk moet volgens haar luisteren naar de stem van deze ambivalenten, want „gemeenteopbouw begint van onderop, luisterend naar de ervaringen en opbouwende ideeën van mensen.” Elk van hen spreekt immers op de een of andere manier het verlangen uit naar een kerk die verschil maakt: „Als ik geen lid was dan zou dat op belangrijke punten verschil maken in mijn leven. Ik wil en kan die kerk niet missen.” Op die behoefte moet de gemeente van vandaag inspelen, vindt dr. Bons-Storm.

”Met één been in de kerk” is een ontdekkend én een onthutsend boek. Ontdekkend, omdat het boek een spiegel voorhoudt. In elk van de verhalen komt wel iets van de tragiek van de menselijke kant van het kerkzijn naar voren: autoritaire ouders, een scheur door het gezin omdat ma wel naar de kerk gaat maar pa niet, een verstikkend geestelijk klimaat, een dominante dominee, wetjes en regeltjes in plaats van een levend geloof. Veel van de geïnterviewden -gewone mensen die in de rauwe werkelijkheid van alledag staan- liepen vroeg of laat vast met de kerk waarvan ze lid zijn of waren. Dat roept de vraag op of de kerk anno 2004 zich er genoeg van bewust is dat allerlei menselijke factoren die niet tot het eigenlijke van het Evangelie behoren, barrières en struikelblokken kunnen zijn voor mensen om meelevend lid te worden of te blijven.

Grote Verhaal

De bundel is ook een onthutsend boek. Uit de verhalen en uit de analyse van de auteur blijkt hoe voor veel mensen de ideale kerk eruitziet: een warme plek waar het gezellig is en waar ze op hun eigen manier hun religieus gevoel kunnen ontwikkelen. God is dan een vaag Iemand geworden en Jezus Christus speelt hoegenaamd geen rol meer in het ’geloofsleven’. Dat zo’n warme plek weinig of niets meer te maken heeft met „een heilige vergadering der ware Christ-gelovigen” (NGB 27) is duidelijk.

Luisteren naar de verhalen van randkerkelijken is goed, maar zij zullen op hun beurt (weer) moeten leren luisteren naar het grote Verhaal. En hopelijk komen ze dan ook weer met beide benen in de kerk terecht.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer