De Advies- en Meldpunten Kindermishandeling (AMK’s) in Nederland kregen vorig jaar 28.569 nieuwe vermoedens van mishandeling voorgelegd. Dat is een stijging van 13 procent in vergelijking met een jaar eerder. Dat hebben de AMK’s vandaag bekendgemaakt. Vergeleken met vier jaar geleden is er zelfs een toename in het aantal meldingen van 34 procent.

Onduidelijk is of het aantal kindermishandelingen toeneemt, aldus de AMK’s, of dat het toegenomen aantal meldingen is toe te schrijven aan een betere naamsbekendheid van de meldpunten. Zij vermoeden dat in Nederland jaarlijks tussen de 50.000 en 80.000 kinderen thuis mishandeld, verwaarloosd of misbruikt worden. Ongeveer vijftig kinderen overlijden daardoor.

De meldpunten hielden vorig jaar een campagne. Toen werden mensen opgeroepen om ook in geval van twijfel melding te maken. De bewuste campagne heeft geleid tot wachtlijsten bij de meldpunten, maar volgens woordvoerder G. van Harten van het AMK in Gelderland hebben vrijwel alle provincies inmiddels extra geld beschikbaar gesteld. Van Harten verwacht dat de wachtlijsten snel in omvang zullen afnemen.

Van de ruim 28.000 telefoontjes die vorig jaar bij de AMK’s binnenkwamen, ging het bijna 6000 keer om baby’s van nul tot en met twee jaar. Dat is ruim twee keer zoveel als drie jaar ervoor. De zuigelingen zijn, samen met de drie- tot vijfjarigen, inmiddels de grootste groep waarvoor alarm wordt geslagen.

Omdat het alleen om de gevallen gaat die worden gemeld, is onduidelijk hoeveel jonge kinderen werkelijk thuis worden mishandeld. Vaak is het ook lastig bewijs van de mishandeling te krijgen. Van Harten: „We vrezen slechts het topje van de ijsberg te zien.”

In november komen de meldpunten met een nieuwe campagne om aandacht te vragen voor mishandelde kinderen.

Staatssecretaris Ross (VWS) heeft aangekondigd een onderzoek te beginnen naar de omvang van kindermishandeling.