Kerk & religie

„We richten ons op de Nadere Reformatie”

„De theologische school heeft wel degelijk aandacht voor de Schotse geloofsleer. Van Boston worden zijn ”Viervoudige Staat” en zijn boek over het genadeverbond grondig behandeld. Daarbij dienen we wel te beseffen dat wij Nederlanders zijn en dat wij in onze eigen theologische traditie staan.”

Kerkredactie
9 September 2004 10:57Gewijzigd op 14 November 2020 01:37
UTRECHT – Het moderamen van de synode van de Gereformeerde Gemeenten. V.l.n.r. ds. M. Golverdingen, ouderling J. T. van den Berg, ds. W. Silfhout, ds. J. J. van Eckeveld, ds. P. Mulder, ouderling G. de Boef en ouderling S. Boogaard. Foto: Hans Roggen
UTRECHT – Het moderamen van de synode van de Gereformeerde Gemeenten. V.l.n.r. ds. M. Golverdingen, ouderling J. T. van den Berg, ds. W. Silfhout, ds. J. J. van Eckeveld, ds. P. Mulder, ouderling G. de Boef en ouderling S. Boogaard. Foto: Hans Roggen

Dat antwoordde ds. A. Moerkerken, rector van de theologische school van de Gereformeerde Gemeenten in Rotterdam, woensdag op een vraag vanuit de synode. Woensdag was in Utrecht de eerste vergaderdag van de generale synode 2004 van de Gereformeerde Gemeenten.

Bij de behandeling van het rapport over het curatorium van de theologische school vroeg ouderling J. de Jager (Scherpenzeel) naar de samenstelling van het studiepakket. Zo nodig wordt dat voor iedere student afzonderlijk samengesteld. „Hoe ver strekt dat? En waar ligt de benedengrens?”

Ds. J. J. van Eckeveld (Zeist), voorzitter van het curatorium, antwoordde dat verschillen in vooropleiding consequenties hebben voor de studie. „Waar de benedengrens ligt? Er moet ook plaats blijven voor een ossenherder als Amos.”

Ds. Moerkerken: „Die ondergrens ligt in elk geval bij een grondige schriftkennis. Verder vragen we een gedegen kennis van de dogmatiek, waarbij de dogmatiek van ds. G. H. Kersten een centrale plaats inneemt, van de Drie Formulieren van Enigheid, van de Tien Geboden en van de wijze waarop de nadere reformatoren daaruit hebben gepreekt. Daar ligt het minimum.”

Ds. M. J. van Gelder (Middelburg-Zuid) wees erop dat zowel ds. Kersten als ds. A. Vergunst een grote voorliefde had voor de Schotten. „Hebben wij daar ook waardering voor?” Waarop ds. Moerkerken zei: „Comrie was ook een Schot. We enten ons vooral op de Nadere Reformatie, maar we lezen ook graag de Erskines. We moeten eerlijk onder ogen zien dat een vierjarige opleiding haar beperkingen heeft.”

Ouderling B. Agteresch (Capelle aan den IJssel) vroeg of er inmiddels reeds aandacht is geweest voor bijscholing van jonge predikanten. Ds. Van Eckeveld zei daarop dat daar niet de eerste prioriteit van het curatorium ligt. Ds. Moerkerken voegde daaraan toe dat verschillende predikanten soms zelf het initiatief namen om in Rotterdam bijscholing te halen. Ds. P. Mulder, tweede preses, wees op de predikantennood. „Dat is ook werkelijk nood. Laten we die nood in onze gebeden neerleggen bij de Heere.”

Drie buitenlandse kerken waarmee een correspondentieband wordt onderhouden, brachten de groeten over. Namens de Netherlands Reformed Congregations in Noord-Amerika sprak ds. C. Vogelaar. Hij constateerde dat de nasleep van de scheuring in 1993 (waardoor de HNRC ontstond) hier en daar nog voelbaar is. In Chilliwack scheidde zich recent een groep af van de plaatselijke gemeente. Deze groep sloot zich aan bij de Heritage Netherlands Reformed Congregations (HNRC).

In geestelijk opzicht is er weinig verschil tussen Nederland en Noord-Amerika, zei ds. Vogelaar. „Er is weinig te bespeuren van doorbrekend werk van Gods Geest. Er zijn wel ritselingen, maar, hoe rijk dat op zichzelf ook is, nodig is dat Christus meer een gestalte in ons hart en leven krijgt. Ik mag uw synode wijzen op het verbond. Er staat in de Bijbel niet: Aanschouw mijn gebed, niet: Aanschouw mijn ijver, onze tranen, onze ambtelijke staat van dienst, maar er staat wel: Aanschouw het verbond. Dat wil zeggen: Aanschouw Uw Gezalfde, aanschouw Uw Christus. Dat brengt tot het gebed: Aanschouw ons in Zijn volbrachte werk.”

Namens de Gereja Jemaat Protestan di Papua sprak ds. Piter Wabdaron. „God leidt Zijn Kerk wereldwijd op dezelfde wijze, dat geldt voor Nederland en voor Papoea. Wij ervaren daarin de gemeenschap der heiligen, in Christus Jezus, onze Heere. Wij ervaren ook eenheid in de leer, in het kerkrecht en in de belijdenisgeschriften.”

Ds. Wabdaron wees erop dat de GJPP twintig jaar bestaat. „Wij zijn dus een jonge kerk, maar onze hoop is op Hem, het Hoofd der Kerk. Wij belijden dat Jezus Christus het Hoofd van de Kerk is. En de bron van de kerk is Zijn Woord, dat levend en krachtig is. Mocht u op uw vergadering ogenblikken van verdeeldheid ervaren, dan roepen wij u op om het van God te verwachten, opdat uw synode mag bijdragen aan opbouw van de kerk.”

Afgevaardigde van de Nigeria Reformed Church was ds. Onwe. De predikant uit Izi zei dat Nigerianen en Nederlanders van ras en van levensstandaard verschillen, „maar voor God zijn we dezelfden. We hebben allemaal Adam als voorvader. Door Gods welbehagen zoekt de Heere verloren schapen op, zowel in Nigeria als in Nederland.”

Ds. Onwe herinnerde zich het begin van het zendingswerk in Nigeria: „Het was een donkere tijd, vol voorouderverering, magie en hekserij. Toen stuurde de Heere Joh. Commelin. Hij vertelde ons over onze verlorenheid, maar ook over de Heere Jezus Die gekomen is om zondaren zalig te maken. We mogen zeggen dat de Heilige Geest het Woord heeft toegepast in de harten van Zijn uitverkorenen.”

De predikant zei dat, nu de NRC zelfstandig is geworden, de kerk een nieuwe fase is ingegaan. „Maar we willen niet vervreemden van de kerk in Nederland. Graag zetten we onze relatie voort. Misschien dat de Gereformeerde Gemeenten ons nog kunnen helpen bij de toerusting van onze ambtsdragers?”

Bij de behandeling van een aantal instructies (vragen en voorstellen) van de particuliere synodes besloot de vergadering deze te behandelen bij de bespreking van de rapporten van de desbetreffende deputaatschappen. Dat was onder meer het geval bij vragen over de procedure voor de overkomst van een predikant vanuit een ander kerkverband en bij vragen over het functioneren van de censuur bij het gebruik van televisie en open internet.

Er werd een commissie ingesteld die zich gaat buigen over de vraag wanneer een huwelijk van mensen die na echtscheiding willen hertrouwen kerkelijk bevestigd mag worden.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer