Kamer wil toetsing wetten aan Grondwet
Een meerderheid in de Tweede Kamer is er voor om rechters de bevoegdheid te geven wetten aan de Grondwet te toetsen.
Dat bleek woensdag in een debat over het initiatiefwetsvoorstel van GroenLinks-kamerlid Halsema, waarin zij een dergelijke toetsing voorstelt. Al vanaf 1848 kent Nederland een verbod op constitutionele toetsing door de rechterlijke macht.
Argument is tot nu toe geweest dat de scheiding der machten geweld zou worden aangedaan als rechters bij het toepassen van wetten mee zouden mogen laten wegen of die wetten conform de Grondwet zijn. Het laatste woord over de samenhang tussen wetten en de Grondwet zou bij de Eerste en de Tweede Kamer moeten liggen, zo luidde tot nu toe de algemene opvatting.
Inmiddels ligt dat anders en tekent zich in de Kamer een meerderheid af die het verbod op constitutionele toetsing wil opheffen. VVD, PvdA, D66, CU en SGP steunen in grote lijnen het wetsvoorstel van Halsema.
Wel wil de VVD het aantal grondrechten dat voor rechterlijke toetsing in aanmerking komt, verkleinen. Volgens de liberalen moeten het recht op bijstand en het recht om Nederlander te worden, worden uitgezonderd. Binnen het CDA bestaan nog veel bezwaren tegen de rechterlijke toetsing.
ChristenUnie en SGP hebben een amendement ingediend om ook de evenredige vertegenwoordiging in het kiesstelsel door de rechter toetsbaar te maken. Dat zou betekenen dat deze partijen, wanneer er door een kabinet bijvoorbeeld een districtenstelsel wordt ingevoerd, een juridische procedure zouden kunnen starten om dit aan te vechten.
Momenteel is Nederland met Finland het enige land van de 25 lidstaten van de EU dat in het geheel geen mogelijkheid heeft tot rechterlijke toetsing van wetten aan de Grondwet.