Als er toch tarieven komen op bepaalde producten, moeten dat er zo min mogelijk worden. „Ook kan het niet zo zijn, dat Nederlandse producten, of het nu gaat om tomaten of babyspeelgoed of machines, na afloop van de overgangsfase niet meer op de Britse markt worden toegelaten”, stelt evofenedex-voorzitter Steven Lak

Daarnaast vindt Lak dat de samenwerking tussen de douanes van Nederland, andere EU-lidstaten en het Verenigd Koninkrijk gewaarborgd moet blijven. Die samenwerking moet zorgen voor snelle afhandeling van douaneformaliteiten, die zullen toenemen na de brexit.

Evofenedex zou verder graag een toets voor toegenomen administratieve lasten zien aan het eind van de onderhandelingen met de Britten over een nieuw handelsakkoord met de EU. Daarmee kan gecontroleerd worden of er geen overbodige complexiteit ontstaat. Voor regels die toch worden ingevoerd, zou een overgangsperiode van negen maanden moeten worden ingesteld, zodat landen en bedrijven aan weerszijden van het Kanaal de tijd hebben om zich erop voor te bereiden.