Trucker schrijft „gedichies” in de vrachtwagencabine
Zware poëzie schrijft hij niet, wel versjes of liever nog: „gedichies.” Jarno van den Noort (35) uit Deventer is dichter én vrachtwagenchauffeur. Donderdag, op Nationale Gedichtendag, zit ”De Rijdende Dichter” gewoon op de weg.
Het is niet de meest voor de hand liggende combinatie, vrachtwagens besturen en gedichten schrijven, weet Van den Noort. „Veel mensen reageren verbaasd. Ze verwachten het niet van een trucker. Maar ze zijn er wel positief over.” Onder de naam #derijdendedichter publiceert Van den Noort tientallen gedichten op Instagram. Volgers: ruim 10.000.
Waarom schrijft u gedichten?
„De zinnen komen vanzelf in me op. Dat gaat heel natuurlijk. Ik doe het al een aantal jaren. Vroeger schreef ik die gedichten weleens in een schriftje op. In 2017 ontdekte ik Instagram. Voor die tijd was ik niet zo actief op sociale media. Instagram is makkelijk in gebruik en goed geschikt om korte versjes op te plaatsen. Sinds 2017 zet ik mijn gedichten erop.”
Waar haalt u de inspiratie vandaan?
„Die kan overal vandaan komen. Uit mijn werk, uit wat ik langs hoor komen op de radio, uit iets wat ik onderweg zie. Vaak komen de ideeën op de meest rare momenten op. Bijvoorbeeld als iemand me afsnijdt.”
Schrijft u tijdens het rijden stiekem snel een zinnetje op?
„Niet tijdens het rijden. Ik rij alleen in Nederland, dus geen honderden kilometers achter elkaar. Als ik onderweg een idee krijg, moet ik dat even onthouden. Tijdens het rijden kan ik rustig nadenken over de manier waarop ik het ga opschrijven. Als ik een rustpauze neem, schrijf ik mijn ideeën op.
Mijn werkdag begint altijd tussen 1.00 en 4.00 uur ’s nachts. Dan haal ik versvracht op voor supermarkten door het hele land: van Groningen tot aan Zeeland. Rond 13.00 uur ’s middags ben ik weer klaar.”
Binnenkort komt uw eerste bundel uit: ”Een lading gedichies, voor blije gezichies”. In een van de gedichten heeft u het over een spookstad. Niemand groet je terug op de weg. Mensen kijken naar hun schermpje. Wilt u met uw bundel een spiegel zijn voor andere weggebruikers?
„Die intentie heb ik wel. In het dagelijks leven krijg ik veel te maken met asociaal gedrag in het verkeer. Als chauffeur zie je de verhuftering van de samenleving toenemen. Dit gedicht gaat over de anonimiteit in de stad. Mensen zijn vooral met zichzelf bezig; naar anderen kijken ze nauwelijks om. Ik hoop dat ik door zo’n gedicht kan bereiken dat mensen minder op hun scherm kijken.”
Doet u nog iets speciaals met Gedichtendag?
„Nee, eigenlijk niet. Er komt geen speciaal gedicht online. Ik moet gewoon werken.”
Spookstad
Mensen schieten me links en rechts voorbij
Kijken op een schermpje of staren voor zich uit.
Niemand kijkt naar mij.
Ik groet een tegenligger. Geen reactie.
En het is precies dát:
Er wonen hier duizenden mensen
Maar voor mij is het een spookstad
Afsnijden
Ik ga niet zo snel,
maar als je mij inhaalt
gebruik je verstand dan wel.
Ik begrijp dat je nog snel
even voor mij wil,
maar ik trek niet zo snel op
en sta ook niet zo snel stil
© De Rijdende Dichter