Getijdenboek na vijf eeuwen terug in Amsterdam
Museum en kennisinstituut Allard Pierson heeft twee kostbare manuscripten uit de bibliotheek van de zestiende-eeuwse koopman en bankier Pompejus Occo verworven. Na vijf eeuwen zijn ze terug in Amsterdam.
Rond 1510 vestigde de in Oost-Friesland geboren Pompejus Occo (1483–1537) zich in Amsterdam. Als vertegenwoordiger van het koopmanshuis Fugger en bankier van de Deense koning Christiaan II groeide hij uit tot een van de rijkste en machtigste inwoners van de stad. In zijn huis ”Het Paradijs”, gelegen tussen Kalverstraat en Rokin, bracht hij een omvangrijke bibliotheek bijeen. Die bestond uit zeker duizend boeken, een groot aantal in die tijd.
Over particulier boekenbezit in Nederland vóór de zeventiende eeuw is zeer weinig bekend, aldus museum Allard Pierson bij monde van directeur Wim Hupperetz. „Tot voor kort kenden we uit Occo’s bibliotheek alleen een Bijbeltje, geschonken door de bisschop van Trondheim, en een prachtig verlucht koorboek.”
Maar onlangs kwamen er twee fraai verluchte manuscripten uit het bezit van Occo op de markt, waaronder een getijdenboek waarin de woorden ”Dit boek hoert poppius occo tamsterdam int paradys” staan. Het tweede manuscript betreft een gebedenboekje met inscripties: ”liber Pompeij occo civis Amstelredamensis” (dit boek is van Pompejus Occo, burger van Amsterdam) en ”Dit boeck hoert tamsterdam int paradijs 1525.” Beide manuscripten werden rond 1500 vervaardigd in West-Vlaanderen.
Het is onduidelijk of Occo ze heeft gekocht of gekregen. Hoe dan ook, het zijn zeldzame getuigenissen van particulier boekenbezit in Amsterdam tijdens de overgang van de middeleeuwen naar de renaissance.
Hupperetz: „Occo stelde zijn omvangrijke boekerij vrij ter beschikking aan Amsterdamse humanisten, kunstenaars en drukkers. Zo droeg hij sterk bij aan de culturele opgang van de stad.”