Uniform Bernhard voor Arnhems Oorlogsmuseum
De grote oorlogsmusea in de regio hebben opnieuw het nakijken. Het kleine, maar indrukwekkende Arnhems Oorlogsmuseum heeft beslag weten te leggen op diverse eigendommen van de in 2004 overleden prins Bernhard uit de periode 1940 tot 1945, waaronder een bijzonder uniform.
De vaak omstreden echtgenoot van koningin Juliana en oud-bevelhebber van de Binnenlandse Strijkrachten droeg na de Lockheed-affaire van 1976 nauwelijks nog militaire kledingstukken, hoewel hem dat officieel nooit verboden was, hooguit geadviseerd. Dat stilzwijgende ontmoedigingsbeleid werd overigens formeel ingetrokken in 1991. Desondanks maakte hij nauwelijks gebruik van die herwonnen vrijheid. Wel werd hij in militair tenue begraven.
Een van de meest bijzondere en historisch waardevolle oorlogsuniformen van de prins is nu in bezit van het Arnhems Oorlogsmuseum 40-45. Bewijs van echtheid wordt geleverd door fotomateriaal uit de oorlog waar de prins-gemaal met de zogenoemde service dress op staat. Eigenaar-directeur Eef Peeters van het museum benadrukt de bijzondere status van de aanwinst die wordt vergezeld van een losse cape en rijbroek. Alles staat inmiddels in een afgesloten vitrine.
De historische en emotionele waarde van deze spullen is enorm, aldus Peeters. „Vooral het uniform is bijzonder, hoewel Bernhard ongetwijfeld wel tien militaire outfits heeft gehad. Het is een legeruniform in Canadees-groen, met daaraan Nederlandse knopen en onze nationale driekleur. Interessant is dat er zowel een Nederlands embleem van de luchtmacht op gestikt zit, als ook een vliegerwing van de Engelse RAF. De bijbehorende uniformpet is voorzien van een rode bies. Al deze uitingen kloppen met historisch herleidbare activiteiten en bewaard gebleven fotomateriaal van de prins. De epauletten op de revers zijn er aan het eind van de oorlog op gezet. Uit foto’s blijkt dat hij dit pak na 1945 ook nog een tijdje droeg.”
Uit dezelfde verzameling komen ook de Duitse rijbroek en donkerblauwe cape, waarin met goudstiksel verwerkt de afkorting ”ZKHPBVLB” (Zijne Koninklijke Hoogheid Prins Bernhard van Lippe-Biesterfeld). „Die broek dateert vermoedelijk uit de periode dat hij nog aspirant-lid was van de SS en is later in Nederland gebruikt als ruiterbroek en voorzien van zijn initialen”, aldus Peeters.
Eerder wist het museum beslag te leggen op een vliegtuig van Bernhard, een Beachcraft 18S uit 1944, waarvan er acht zijn geleverd aan de Nederlandse regering in ballingschap. Het vliegtuig is later geschonken aan het Blindeninstituut in Nijmegen en later in het museum terechtgekomen.
De voormalige eigendommen van de prins van Lippe-Biesterfeld zijn via een oudere Nederlandse verzamelaar van militaria bij Peeters beland. „Deze man is als kind in de oorlog al begonnen met het vergaren van spullen en altijd erg zuinig op zijn collectie geweest. Eigenlijk heeft hij nog nooit wat weggedaan. Misschien heeft Bernhard dit wel aan een bevriende relatie gegeven en is het via, via bij die verzamelaar terecht gekomen.”