Wall Street eindigt 2019 met kleine plussen
De Amerikaanse aandelenbeurzen zijn dinsdag met kleine plussen gesloten. Onrust in het Midden-Oosten drukte op de laatste handelsdag van het jaar enigszins op het sentiment. Amerikaanse beleggers verwerkten tevens een belangrijke aankondiging over de voorlopige handelsdeal tussen de Verenigde Staten en China. Volgens president Donald Trump wordt het zogeheten fase 1-akkoord op 15 januari ondertekend op het Witte Huis.
De Dow-Jonesindex eindigde 0,3 procent hoger op 28.538,44 punten. Bezien over het hele jaar was wel sprake van een flinke winst. Eind 2018 stond de graadmeter nog op 23.327,46 punten. De brede S&P 500 won 0,3 procent dinsdag tot 3230,78 punten, en boekte een jaarwinst van bijna 29 procent. Technologiebeurs Nasdaq won op oudjaarsdag 0,3 procent tot 8972,60 punten, wat neerkomt op een jaarplus van meer dan 35 procent.
De Amerikaanse ambassade in Bagdad werd belaagd door demonstranten. Ze gooiden volgens getuigen met stenen en scandeerden anti-Amerikaanse leuzen. Later arriveerden Iraakse speciale eenheden om de betogers weg te houden van de hoofdingang. Trump stelde op Twitter dat Iran achter de aanval zou zitten.
Op Wall Street werd nog de gehele dag gehandeld, al lagen de handelsvolumes wel laag omdat veel handelaren al vrij waren. Op nieuwjaarsdag is de beurshandel in New York gesloten. Amerikaanse beleggers kunnen terugkijken op een uitstekend beursjaar, met nieuwe recordstanden. Daarbij werd geprofiteerd van de renteverlagingen door de Federal Reserve, de Amerikaanse koepel van centrale banken, terwijl er ook optimistische geluiden aan het Chinees-Amerikaanse handelsfront kwamen.
Apple was in 2019 de grote winnaar in de Dow. De beurswaarde van de iPhonemaker dikte met bijna 90 procent aan waardoor het bedrijf opnieuw meer dan 1 biljoen (1000 miljard) dollar waard is. Ook Microsoft ging flink in waarde vooruit. Het slechtst presterende Dowfonds was drogisterijbedrijf Walgreens Boots Alliance dat ruim een tiende aan beurswaarde inleverde.
De euro noteerde op 1,1216 dollar, tegen 1,1232 dollar bij het slot van de Europese beurzen eerder op de dag. De prijs van een vat Amerikaanse olie sloot het jaar rond de 61 dollar per vat, Brent-olie was circa 66 dollar per vat waard.