‘Politieke steun voor militair ingrijpen zonder VN mag’
Nederland kan militair ingrijpen zonder goedkeuring van de Verenigde Naties „politiek steunen”. Maar dat heeft wel een prijs, dus Nederland doet er verstandig aan om daar voorzichtig mee te zijn, concluderen door het kabinet ingeschakelde deskundigen.
Nederland kan een aanval op een ander land, als het niet om zelfverdediging gaat, nu alleen steunen als de Veiligheidsraad van de VN daarvoor groen licht heeft gegeven. Die lijn houdt de regering aan sinds de omstreden Amerikaanse inval in Irak in 2003. Nederland verleende toen „politieke steun”, maar ging daarmee buiten zijn boekje, oordeelde de commissie-Davids naderhand.
Dat wringt soms, vindt minister Stef Blok van Buitenlandse Zaken. Toen westerse bondgenoten na een gifgasaanval in Syrië een strafbombardement uitvoerden, besloot hij te onderzoeken of hij in zulke gevallen toch politieke steun kan verlenen. Nederland kon nu enkel „begrip” tonen voor de vergeldingsactie en stond daarmee vrijwel alleen.
Politieke steun is fundamenteel iets anders dan militaire steun, vinden de deskundigen onder leiding van rechtsgeleerde Cyrille Fijnaut. Het Internationaal Strafhof zou Blok niet vervolgen als hij politieke steun voor zo’n actie zou uitspreken.
De experts waarschuwen wel dat het vervelende gevolgen kan hebben als Nederland het internationaal recht zo terzijde schuift. Het volkenrecht verliest dan aan gezag. Andere landen zullen het dan misschien ook vaker aan de laars lappen.
Fijnaut en co pleiten daarom voor behoedzaamheid. Maar als er dringende redenen zijn om toch politieke steun te verlenen aan een interventie buiten het internationaal recht om, dan kan het kabinet daartoe overgaan. Bijvoorbeeld als er mensen in uiterste nood verkeren, zoals door het gebruik van chemische wapens tegen burgers.