Rechtszaak rond abortus
Titel:
”Vermoorde onschuld”
Auteur: Randy Singer
Uitgeverij: Kok, Kampen, 2003
ISBN 90 4350 7652
Pagina’s: 399
Prijs: € 19,75. Klonen van mensen door middel van kiemscheiding. Het kunstmatig fabriceren van tweelingen in een petrischaaltje. Heel goed dat een christen aan zo’n actueel, angstig realistisch onderwerp waarbij zo veel ethische kanttekeningen te plaatsen zijn, een boek wijdt. De Amerikaanse auteur Randy Singer doet het met ”Vermoorde onschuld”.
Het kinderloze echtpaar Cameron en Nathan Brown gaat in zee met vruchtbaarheidskliniek GenTech. Met behulp van een wel heel dubieuze vorm van in-vitrofertilisatie (IVF) worden embryo’s gekweekt. Enkele daarvan worden ingebracht bij draagmoeder Maryna Sareth, de overige worden ingevroren. Dan overlijdt Nathan Brown aan aids. In zijn testament heeft hij bepaald dat de overgebleven embryo’s moeten worden gebruikt voor onderzoek naar medicijnen tegen de ziekte. Als de ongeboren baby van Maryna het syndroom van Down blijkt te hebben, wil Cameron de zwangerschap laten afbreken en met een gezond embryo opnieuw beginnen. Ze huurt advocaat Mitchell Taylor -de hoofdpersoon- in om het testament aan te vechten.
Mitchell staat voor een groot dilemma: als het ongeboren kind blijft leven, zullen de ingevroren embryo’s voor onderzoek worden gebruikt en het alternatief is een abortus. Hoe kan hij zijn geweten -en de Bijbel- volgen en zowel de embryo’s als de baby beschermen? Er volgt een rechtszaak met verstrekkende ethische consequenties die, gecombineerd met de verschillende belangen van de diverse partijen, de lezer af en toe doen duizelen.
Auteur Randy Singer beschrijft de omgang met menselijk leven duidelijk vanuit christelijk perspectief. Door het hele boek is zijn kritiek op klonen en aborteren te bespeuren. Heel mooi -én schokkend- blijkt dat bijvoorbeeld bij een frase waarin de auteur de verrichtingen van GenTech-directeur Blaine Richards in het laboratorium schildert: „Vakkundig doorboorde hij met het vlijmscherpe uiteinde van de pipet de celwand van het eitje. Daarna blies hij heel voorzichtig door het slangetje, waardoor de enkele spermatozoïde in het eitje terechtkwam. Missie volbracht. Zijn adem had weer eens leven gecreëerd.” De link met de schepping in Genesis 1 is snel gelegd.
Als contrast blijkt uit de brieven van draagmoeder Maryna -nadat zij tot verandering is gekomen- aan haar ongeboren baby juist de liefde voor het leven. „Je bent perfect kleintje -of je nu Down hebt of niet- omdat degene die je heeft geschapen, je volmaakt uniek heeft gemaakt.”
Bedrogen
De manier van vertellen zorgt ervoor dat ”Vermoorde onschuld” vlot leest. Het verhaal bevat humor, vrij veel dialoog en niet al te lange zinnen. Het feit dat het perspectief om de paar bladzijden verschuift -de ene keer zit je als lezer in het hoofd van Mitchell, dan weer in dat van Maryna of dat van Blaine Richards- komt de snelheid en de afwisseling ten goede. Jammer is dat de vertaling vol fouten zit. Ze variëren van tranen ”wegpinkelen” tot ”lidteken” en het gebruik van verkeerde lidwoorden en betrekkelijke voornaamwoorden.
Jammer is ook dat Singer niet alle losse eindjes aan elkaar knoopt en af en toe voor een heel snelle oplossing kiest. Zo eist het verhaal op een gegeven moment dat Mitchell met Maryna trouwt. Probleem is echter dat hij haar slechts enkele weken kent en dat zij boeddhist is. De auteur lost het op door gebruik te maken van ”liefde op het eerste gezicht” -op een overigens erg sentimentele manier- en een psychologisch slecht uitgewerkte bekering in een paar bladzijden.
De grootste schok is echter dat je helemaal aan het eind van het boek tot de ontdekking komt dat je ruim 350 bladzijden lang voor de gek bent gehouden. De (rechts)zaak blijkt heel anders in elkaar te zitten dan gedacht. En het ergste is: de schrijver geeft geen enkele keer ook maar één aanwijzing in de goede richting. Je bent bedrogen!