Beurzen hoger richting banenrapport VS
De Europese aandelenbeurzen gingen vrijdag over een breed front omhoog. Naast de ontwikkelingen rond de mogelijke handelsdeal tussen de Verenigde Staten en China gaat de aandacht uit naar het belangrijke Amerikaanse banenrapport, dat later op de dag verschijnt.
De AEX-index op Beursplein 5 noteerde rond het middaguur 0,8 procent in de plus op 596,02 punten. De MidKap bleef vrijwel vlak op 879,45 punten. De beurzen Parijs en Londen stegen tot 0,7 procent. De DAX in Frankfurt liet een plusje zien van 0,2 procent. De productie van de Duitse industrie bleek in oktober onverwacht scherp ingezakt.
Chipmachinemaker ASML voerde de stijgers aan in de AEX met een winst van 1,7 procent. Zorgtechnologiebedrijf Philips won 1,4 procent na een adviesverhoging door Morgan Stanley. Uitzender Randstad verloor een fractie en was de enige daler.
Galapagos klom 1 procent. Het biotechnologiebedrijf heeft genoeg deelnemers gevonden voor een studie met zijn kandidaat-medicijn bij patiënten met diffuus cutane systemische sclerose (dcSSc), een auto-immuunziekte waarbij onder meer verdikkingen van de huid optreden.
In de MidKap was Boskalis koploper met een plus van 3,8 procent. De baggeraar gaat in de Filipijnen meewerken aan de aanleg van drie kunstmatige eilanden. De opdracht heeft een waarde van 325 miljoen euro. Hekkensluiter was Air France-KLM met een min van ruim 3 procent. Luchtvaartmaatschappij Air France schrapt vrijdag ruim dertig procent van zijn binnenlandse vluchten als gevolg van de stakingen tegen pensioenhervormingen die een groot deel van Frankrijk platleggen.
Swiss Re dikte 2,6 procent aan in Zürich. De Zwitserse herverzekeraar bevestigde het Britse onderdeel ReAssure te verkopen aan de aanbieder van verzekeringsdiensten Phoenix Group. De deal heeft een waarde van 3,2 miljard pond.
De euro was 1,1100 waard tegen 1,1103 dollar een dag eerder. De olieprijzen bewogen licht na berichten dat oliekartel OPEC een deal nadert voor een verdere productiebeperking van 500.000 vaten per dag. De waarde van een vat Amerikaanse olie bleef vrijwel onveranderd op 58,41 dollar. Brentolie kostte 0,1 procent meer op 63,41 dollar per vat.