Elf jaar geëist in cold case Thailand
Als het aan het Openbaar Ministerie ligt, gaat de 49-jarige Bert den D. elf jaar de gevangenis in voor de doodslag op zijn echtgenote in Thailand in 2007. Haar skelet werd een jaar later in een beerput naast de echtelijke woning gevonden. De doodsoorzaak kon niet worden vastgesteld. Een coldcaseonderzoek leidde in 2016 tot de arrestatie van Den D., die inmiddels met zijn zoon in Benthuizen woonde. Hij ontkent ten stelligste.
Den D. verklaarde woensdag voor de rechtbank in Den Haag dat hij dacht dat zijn vrouw naar haar moeder in Maleisië was gegaan. Eind 2007 reisde hij voor een, naar eigen zeggen vooraf gepland, bezoek aan zijn vader via Spanje naar Nederland. Toen hij niets meer van zijn vrouw hoorde, ‘brak zijn hart’ en besloot hij boos te gaan scheiden en in Nederland te blijven. Hij deed geen aangifte van vermissing omdat hij dacht dat zij wellicht bij vrienden verbleef en hoopte „dat ze op een dag weer voor me zou staan”. „Ik heb daar nu zo’n spijt van”, aldus Den D., die meermaals in snikken uitbarstte.
De moeder van het slachtoffer verklaarde woensdag dat haar dochter de dag voor haar verdwijning vertelde dat zij met haar zoontje terug naar Maleisië zou gaan, omdat Den D. haar mishandelde. In een volgens de aanklager „ronduit griezelig” telefoongesprek zou zij gezegd hebben dat als zij daar niet binnen een week zou arriveren, haar moeder de politie moest bellen.
Er zijn veel getuigen gehoord, die onder meer verklaarden dat het echtpaar vaak ruzie had. Volgens de verdediging was daarbij veel gespeculeerd en geroddeld en was het tijdsverloop van invloed op de betrouwbaarheid ervan. De advocaat, die vrijspraak bepleitte, gaf ook aan dat alternatieve scenario’s van het overlijden van het 37-jarige slachtoffer niet zijn onderzocht.
In 2017 is de voorlopige hechtenis van Den D. geschorst zodat hij voor zijn zoon kon zorgen. Inmiddels is de jongen uit huis geplaatst.
Uitspraak: 18 december.