Stikstof: het echte werk komt nog
De Nederlandse natuur schiet volgens deskundigen weinig op met de maatregelen waarmee het kabinet op korte termijn de stikstofuitstoot omlaag wil krijgen. De vraag is ook of de woensdag gepresenteerde plannen, waaronder verlaging van de snelheidslimiet op snelwegen naar 100 kilometer per uur, voldoende zullen zijn om de bouw uit de impasse te trekken. Daarover verschillen hoogleraren van mening.
Stikstofdeskundige Wim de Vries van de Wageningen Universiteit verwacht dat de maatregelen, hoe klein hun effect ook is op de totale hoeveelheid stikstof die in de natuur beland, „zeker zoden aan de dijk zetten” voor de bouw. Een relatief kleine vermindering kan volgens hem al genoeg zijn om de vergunningverlening vlot te trekken. „De bouwsector levert met 0,6 procent maar een heel kleine bijdrage aan de stikstofdepositie. Qua effecten op natuurgebieden gaat het eigenlijk nergens over”, zegt hij.
Het wegverkeer veroorzaakt volgens het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) slechts 6,1 procent van de afzet van stikstof in natuurgebieden. Toch gaat ook het RIVM er voorzichtig van uit dat „er in het algemeen voldoende ruimte lijkt voor woningbouw”. Lokaal kan het anders uitpakken, waarschuwt het instituut.
Professor Jan Willem Erisman, die tot 1 oktober hoogleraar Integrale Stikstofstudies was aan de Vrije Universiteit Amsterdam, is niet overtuigd. „Ik vraag mij af of het ontbreken van een langetermijnperspectief niet een groot risico is”, zegt hij. Voor de Raad van State was juist dat punt heel belangrijk. De hoogste bestuursrechter oordeelde in mei dat het hele stikstofprogramma van de overheid in strijd was met natuurwetgeving.
Volgens Erisman moet het kabinet nu zo snel mogelijk met plannen voor de lange termijn komen. „Het echte werk moet nog gebeuren.” Erisman voorziet forse ingrepen, bijvoorbeeld in de landbouw. Hij wijst erop dat in natuurgebieden nu gemiddeld 1600 mol stikstof per hectare aanwezig is, terwijl de bovengrens die de natuur aankan zonder te verschralen gemiddeld 1100 mol bedraagt. De maatregelen die het kabinet nu neemt, leveren slechts een fractie daarvan op: als de snelheid dag én nacht wordt verlaagd, scheelt dat volgens het RIVM 1,6 mol stikstof per hectare per jaar. Aangezien in de avond en nacht 120 of 130 blijft gelden, is de afname 20 procent lager.
De natuur zal niet echt profiteren, zegt De Vries. „Daarvoor zou de depositie met tientallen procenten omlaag moeten. Er is decennialang te veel binnengekomen. Dat is een gigantische erfenis.”
Te hoge stikstofconcentraties gaan ten koste van planten- en diersoorten. „Biodiversiteit is een belangrijk onderdeel van ons bestaan”, benadrukt Erisman. „Zonder insecten hebben we bijvoorbeeld geen bestuivers en kan ons voedsel niet groeien.”