Archief Kouwenaar naar Literatuurmuseum
Het Literatuurmuseum in Den Haag heeft de literaire nalatenschap van Gerrit Kouwenaar (1923-2014) gekregen. De erfenis van circa 10 strekkende meter beslaat meer dan zeventig jaar literatuurgeschiedenis, aldus een woordvoerster.
Aad Meinderts, directeur van het Literatuurmuseum, is er extra verguld mee omdat de stukken een belangrijke aanvulling zijn bij wat het museum al heeft over de literaire beweging de Vijftigers: „Het fantastische archief van Kouwenaar was de missing link van de Vijftigers-archieven die het museum reeds beheerde.” Als dichter kwam Kouwenaar „tot wasdom” als een van de Vijftigers, die de Nederlandse poëzie van een avant-gardistische impuls voorzagen.
In de nalatenschap bevinden zich brieven van collega’s als Bernlef, Remco Campert, Hans Faverey, Willem Frederik Hermans, Lucebert en Leo Vroman. Ook omvat de collectie foto’s en persoonlijk materiaal, waaronder stukken uit Kouwenaars tijd als verzetsman. Ook zitten er handgeschreven versies van Kouwenaars gedichten in.