Kamer ernstig bezorgd over onbehandelde aangiften
De Tweede Kamer blijft zich ernstig zorgen maken over zaken waar burgers aangifte van doen bij de politie, maar waarmee niets gebeurt omdat de politie er te weinig tijd voor heeft. Jaarlijks gaat het om gemiddeld 80.000 zaken die blijven liggen, maar die wel aanknopingspunten bieden om ze op te kunnen lossen.
Een bekend én ernstig probleem, beamen ministers Korthals (Justitie) en De Vries (Binnenlandse Zaken). Er wordt hard aan gewerkt, maar het kost nu eenmaal tijd om de problemen helemaal op te lossen, zo stellen de bewindslieden. Korthals is er wel praktisch zeker van dat de achterstanden in 2006 helemaal weggewerkt zijn. Daarmee is nu al een fiks begin gemaakt, zo verzekerde hij de Kamer woensdag.
Het gaat om achterstallig onderhoud van jaren en jaren. Een rigoureuze aanpak ervan kost tijd en geld, aldus Korthals. Die plannen staan in de nota criminaliteitsbeheersing van vorig jaar. De Kamer, die aanvankelijk zeer fel inzette en er erg slecht over te spreken was dat de oplossingen nog zo ver weg leken, bond in na deze uitleg. Op een stevige aanvaring tussen VVD-kamerlid Nicolaï en PvdA-minister De Vries na.
Nicolaï vindt dat de politie niet efficiënt werkt en dat dat de voornaamste reden is dat aangiften niet naar behoren worden behandeld. „Ik heb genoeg van de dooddoener van de minister die zegt dat het alleen gaat om ”menskracht, menskracht, menskracht” bij de politie. Alles wat de politie zogenaamd extra moet doen, kost extra mensen en geld.” Onzin dus, oordeelt Nicolaï. De politie moet wat hem betreft gewoon efficiënter werken.
De Vries reageerde ongemeen fel. Hij verweet Nicolaï wel erg „goedkope uitspraken te doen, die bovendien nergens op slaan.” Nicolaï heeft volgens De Vries er geen idee van hoe het politieapparaat in de praktijk werkt. „Alles kan niet tegelijk. Ik sta ontzettend achter de politie.” Bovendien, zo bracht De Vries in herinnering, onderkent de politie de tekortkomingen.
Nicolaï volhardde in zijn standpunt dat het de minister is die keer op keer de problemen wegwuift en te laconiek reageert. Overigens kon Nicolaï voor zijn betoog wel op enige bijval rekenen van de andere fracties.
Korthals gaf aan te werken aan een plan om criminelen die telkens weer in hun oude fout vervallen, harder te gaan bestraffen. Verschillende fracties willen dat deze zogeheten draaideurcriminelen, die zich opnieuw schuldig maken aan hetzelfde misdrijf, hun celstraf met eenderde omhoog zien gaan. Korthals wil tegemoet komen aan deze vurige wens van de Kamer.