Slecht gedrag leerlingen grootste probleem onderwijs
Slecht gedrag van leerlingen is het grootste probleem in het onderwijs. Nederlanders vinden dat het scholieren ontbreekt aan besef van normen en waarden. Dat blijkt uit de Onderwijsmeter 2004 die minister Van der Hoeven (Onderwijs) woensdag naar de Tweede Kamer heeft gestuurd.
Voor dit jaarlijks onderzoek naar opinies over het onderwijs zijn ruim duizend Nederlanders en 1100 ouders van schoolgaande kinderen in het basis–, voortgezet, middelbaar beroepsonderwijs en hoger onderwijs ondervraagd.
Nederlanders maken zich vooral zorgen over wangedrag in op basis– en middelbarescholen.
Aan de scholen ligt het echter niet: die schenken volgens de geënquêteerden voldoende aandacht aan discipline, sociale vaardigheden en normen en waarden. Ook veiligheid is steeds meer een punt van zorg, hoewel een grote meerderheid van de ondervraagde ouders vindt dat hun kind zich op school veilig voelt.
Vorig jaar maakten ouders zich vooral druk over het tekort aan leraren. Op dat punt zijn zij nu meer gerustgesteld. Ook over het uitvallen van lessen maken ouders zich minder zorgen, terwijl dit in feite niet is verminderd. In het voortgezet en middelbaar beroepsonderwijs breken ouders zich vooral het hoofd over de hoge bedragen die ze kwijt zijn aan studieboeken en ouderbijdrage.
Uit de Onderwijsmeter blijkt verder dat er steun bestaat voor het nieuwe beleid van onderwijsminister Van der Hoeven om geld voor achterstanden gelijk te verdelen over allochtone en autochtone leerlingen. Nu telt de afkomst van een leerling nog sterk mee.
De onderzoekers van de Onderwijsmeter hebben voor het eerst de mening gevraagd over het hoger onderwijs. Opvallend is dat Nederlanders daar niet al te veel kaas van gegeten hebben: bijna de helft van de ondervraagden weet daar niet veel van. Vaak heeft men geen uitgesproken mening over hogescholen en universiteiten. Als men die wel heeft, is het oordeel over kwaliteit van onderwijs en docenten positief.