Ziekenhuis weet pijnlijden aanzienlijk te verminderen
Patiënten van het Diakonessenhuis in Utrecht en Zeist lijden aanzienlijk minder pijn dan voorheen. Dat is het resultaat van het nieuwe ’pijnbeleid’, dat de ziekenhuizen in het voorjaar invoerden. Volgens de eerste gegevens is het aantal patiënten met (flinke) pijn op de afdeling dagbehandeling gedaald van 70 tot 7 procent. Dat heeft een woordvoerster van het Diakonessenhuis woensdag gemeld.
Doel van het nieuwe pijnbeleid is dat 90 procent van de patiënten geen of slechts geringe pijn heeft na een operatie. Dat resultaat is volgens de woordvoerster deze zomer bereikt op de afdelingen dagbehandeling in Utrecht en Zeist. De cijfers van de andere afdelingen zijn nog niet bekend, maar het Diakonessenhuis verwacht vergelijkbare resultaten.
De vermindering van de pijn is bereikt door consequent de pijn bij patiënten te meten. „Het meten van pijn is hier net zo gewoon als het opnemen van de pols, de temperatuur en de bloeddruk", zegt de woordvoerster.
Patiënten geven op een meetlat met de schaal van 1 tot 10 aan hoeveel pijn zij hebben, waarbij nul pijnvrij is. Het streven is de pijn te beperken tot maximaal vier. Dat lukt in veel gevallen, omdat verpleegkundigen aan de hand van het cijfer dat patiënten aangeven meer inzicht krijgen in de geleden pijn. Zodoende kan er gerichter worden behandeld. Daar hoeft niet per se een arts bij aan te pas te komen: verpleegkundigen maar ook patiënten mogen binnen bepaalde grenzen de medicatie zelf aanpassen. Verpleegkundigen hebben daartoe extra scholing gekregen. Verder houden anesthesisten voorafgaand aan een operatie al rekening met de te verwachten pijn.
Het Diakonessenhuis is volgens de woordvoerster het eerste ziekenhuis in Nederland dat ’ziekenhuisbreed’ het nieuwe pijnbeleid heeft ingevoerd. Andere instellingen zijn volgens haar op beperktere schaal met vergelijkbare projecten bezig.