Militair ontkent smokkel cocaïne uit Curaçao
De 33-jarige militair uit het Limburgse Helden die wordt verdacht van een poging tot invoer van 70 kilo cocaïne vanaf een marinebasis op Curaçao naar Nederland, ontkent dat. Dat bleek maandag tijdens een eerste rechtszitting tegen de militair in Arnhem.
De drugs werden eind juni onderschept in containers met plunjebalen op marinebasis Parera in Curaçao. Een dag later werd de Limburgse militair in Nederland aangehouden. Zijn DNA zat op een plastic tas met cocaïne in een van de plunjebalen, onthulde de officier van justitie maandag. Ook heeft de marechaussee - toen de man op Curaçao in de gaten werd gehouden - een PGP-telefoon voor versleuteld telefoonverkeer in zijn persoonlijke kast gezien.
Het Openbaar Ministerie doet nog sporenonderzoek naar de drugsverpakkingen en doet onderzoek naar mogelijke leveranciers en het uitgavenpatroon van de militair. Volgens de advocaat van de militair bewijst het DNA nog niks. „De drugs zaten in plunjezakken verstopt, waarin spullen van mijn cliënt maar ook van anderen zaten. Anderen kunnen dat hebben gedaan. Deuren en kasten op de basis zaten volgens mijn cliënt vaak niet op slot, en toegangscodes zijn bij veel mensen bekend.”
De advocaat wilde met de rechters naar de marinebasis om zelf te kijken hoe makkelijk iedereen overal bij kan, maar dat wees de rechtbank af. Ook extra onderzoek in hoeverre de zaak overeenkomsten vertoont met de drugs uit Sint Maarten die militairen juli 2018 in Doorn in zestien sporttassen vonden, vond de rechtbank niet nodig. De zaak gaat 2 december verder.