Samengaan afvalbedrijf AEB en HVC van de baan
Het Amsterdamse afval- en energiebedrijf AEB wordt niet ondergebracht bij het publieke nutsbedrijf HVC. Ondanks een voorkeur van het Amsterdamse college voor die oplossing voor het noodlijdende AEB, zijn gesprekken over samengaan met HVC mislukt. Dat meldt het stadsbestuur in een brief aan de gemeenteraad.
Gedacht wordt nu aan het verkopen van het hele bedrijf of delen daarvan. Dat moet een ‘competitief verkooptraject’ worden, waarin private en publieke partijen in concurrentie een bod kunnen doen. Maar ook het behoud van AEB voor Amsterdam als enige aandeelhouder is nog niet van tafel. Het college brengt de komende tijd in kaart wat de financiële gevolgen zijn van beide opties. In alle gevallen moet de hoofdtaak van AEB, afval en slib verbranden en warmte leveren, overeind blijven.
De voorkeur die het college uitsprak voor aansluiting bij HVC, leidde onlangs tot het opstappen van D66-wethouder Udo Kock (economische zaken). Hij was voorstander van privatisering. De keuze voor een publieke partij als HVC zou de stad volgens hem meer geld kosten, meer financiële risico’s geven en minder kans hebben op een succesvolle doorstart. Tijdens het daarop volgende raadsdebat liepen de gemoederen hoog op.
Intussen staat het bedrijf er nu beter voor dan in de zomer, zeggen de wethouders Van Doorninck en Dijksma die Kocks portefeuille waarnemen. Ze stellen voor AEB een extra financiële injectie van 45 miljoen euro te geven, bovenop de 35 miljoen die de raad al eerder beschikbaar stelde. Met het extra geld kan AEB verder werken aan duurzaam herstel.
Verder denken ze dat twee van de vier stilgelegde verbrandingsovens binnenkort weer aan kunnen. Het herstel bij AEB gaat sneller dan verwacht en alle seinen staan op groen om de twee verbrandingslijnen weer in te schakelen. Er wordt hard gewerkt om ook de twee andere lijnen nog dit jaar weer in gebruik te nemen.