Wall Street in de ban van ‘recessievrees’
De Amerikaanse aandelenbeurzen zijn woensdag met stevige verliezen gesloten. De stemming op Wall Street werd gedrukt door zorgen over de afzwakkende economie na zeer tegenvallende cijfers over de Amerikaanse industrie.
De Dow-Jonesindex eindigde 1,9 procent lager op 26.078,62 punten. De brede S&P 500 zakte 1,8 procent naar 2887,61 punten en technologiegraadmeter Nasdaq verloor 1,6 procent tot 7785,25 punten.
Volgens analisten zijn de financiële markten in de ban geraakt van een soort ‘recessievrees’. Daarnaast bogen beleggers zich over het maandelijkse banenrapport van loonstrookverwerker ADP. Eerder op de dag gingen de beurzen in Europa al met flinke verliezen de handel uit. In Europa stond de handelsdag onder meer in teken van de nieuwe brexitplannen van de Britse regering.
Aan het bedrijvenfront publiceerde Lennar kwartaalcijfers. De gemeten naar omzet grootste huizenbouwer van de Verenigde Staten overtrof de verwachtingen en ging bijna 4 procent vooruit.
Microsoft sloot een kleine 2 procent lager. Het techbedrijf heeft voor het eerst in jaren weer een nieuwe smartphone aangekondigd. Het gaat om de Surface Duo, een uitklapbare telefoon die bestaat uit twee schermen. Deze moet voor het einde van volgend jaar in de winkels liggen.
Facebook zakte daarnaast bijna 1 procent. Visa, Mastercard en andere financiële partners van Facebook bij het optuigen van de libra hebben twijfels over de cryptomunt. De bedrijven zouden hun betrokkenheid heroverwegen vanwege de kritiek van overheden op het libra-project. Facebook kondigde in juni aan met een eigen cryptomunt te willen komen.
Verder kreeg de maker van computerspelletjes Activision Blizzard (min 2,3 procent) een afwaardering van zakenbank Bernstein en verlaagde Guggenheim het beleggingsadvies voor de producent van energiedrankjes Monster Beverage (min 2,3 procent).
De euro was 1,0959 dollar waard, tegen 1,0957 bij het Europese slot eerder op de dag. Een vat Amerikaanse olie daalde 2 procent in prijs tot 52,54 dollar. Brentolie kostte 2,4 procent minder op 57,50 dollar per vat.