‘Catalaanse terreurverdachte sprak premier’
Een van de negen Catalaanse verdachten die afgelopen maandag zijn opgepakt verdacht van terrorisme, hoogverraad en het bezit van explosieven, had naar eigen zeggen contact met de premier van de Spaanse regio, de separatist Quim Torra. De Catalaanse regering weerspreekt de berichten.
Spaanse media meldden zaterdag dat ook een verdachte, Jordi Ros, tegenover een rechter heeft verklaard dat Torra via via heeft laten weten te zullen regelen dat een groep van zogeheten Defensiecomités van de Republiek (CDR) het parlementsgebouw kan binnenkomen op 1 oktober. Ze zouden het parlement uit protest willen bestormen of bezetten.
Het is dan de tweede verjaardag van een illegale en chaotische poging van toenmalig Catalaans premier Puigdemont de regio na een referendum af te scheiden. Om dat referendum te regelen ontstonden de separatistische CDR’s. Hier zou inmiddels een terroristisch groepje uit zijn ontstaan, dat zich Technische Reactie Team (ERT) noemt.
De regio verkeert in een politieke crisis door een illegaal referendum op 1 oktober 2017 dat was georganiseerd door separatisten over onafhankelijkheid en waar voornamelijk separatisten stemden. Ruim 40 procent van de kiesgerechtigde Catalanen bracht een stem uit en bijna iedereen was voor afscheiding van Spanje. De regioregering van Puigdemont claimde vervolgens onafhankelijkheid.
Dat veroorzaakte een politieke impasse en berokkende de regio grote economische schade. De centrale regering in Madrid greep 28 oktober vorig jaar in. Puigdemont en andere Catalaanse bewindslieden vluchtten het land uit. Sinds mei 2018 heeft Catalonië weer een regioregering met Torra aan het hoofd. De machtsverhouding in het Catalaanse parlement is sinds 2017 vrijwel niet veranderd. De separatisten hebben met minder dan de helft van de stemmen toch een kleine meerderheid in het parlement van 135 zetels.