Oud-politiewoordvoerder Klaas Wilting blikt terug op roerige tijd bij korps
De naam Klaas Wilting zal voor veel Nederlanders tal van politiezaken uit de jaren 80 en 90 op het netvlies brengen. Dinsdag verscheen zijn boek, waarin de oud-voorlichter terugblikt op 35 jaar agent.
De ontvoering van Freddy Heineken en diens chauffeur Ab Doderer in 1983 was een van de grote zaken in Wiltings voorlichtingscarrière. De ontvoerders eisten van de politie dat de pers geen informatie mocht krijgen. Wilting schrijft dat die eis een „uitstekende, maar o zo zware leerschool” voor hem was. „Want hoe ga je om met de enorme druk vanuit de media die om nieuws staan te springen?” In die tijd verdween zijn privéleven naar de achtergrond. „Bijna dag en nacht was ik op het hoofdbureau.”
De oud-politieman groeide op in het Drentse De Kiel, op de boerderij. Toen Wilting veertien was, verhuisde het gereformeerde gezin naar Amsterdam, omdat zijn vader daar een baan op de tram kreeg. In Amsterdam keken de klasgenoten op de jonge Klaas als „boertje” neer. Toch noemt Wilting het „een belangrijke leerperiode.”
Wilting klimt snel op binnen de Amsterdamse politie. Zijn politiecarrière als agent op straat start in 1965. Na 5 jaar gaat Wilting nieuwe collega’s het vak op straat te leren. Met het brigadiersdiploma op zak geeft hij les aan andere aspirant-brigadiers. Naast zijn werk voor de politie schrijft Wilting als freelance medewerker voor twee Noord-Hollandse dagbladen. Zo doet Wilting ervaring op voor zijn voorlichtersfunctie die hij tot eind 2000 vervult.
Als Wilting in 1980 aan de slag gaat als voorlichter, wacht hem de taak het „doodzieke” korps een nieuw imago te geven. Destijds schrijven de media vaak over corruptie en wantrouwen binnen het korps. Onder hoofdcommissaris Theo Sanders had de Amsterdamse politie zich „als een oester gesloten”, en dat maakte de zaak alleen maar erger, aldus Wilting. Samen met de nieuwe hoofdcommissaris Jaap Valken en de voorlichtingsafdeling zorgde hij er naar eigen zeggen snel voor dat de luiken open gingen: de afdeling voorzag de eigen politiemensen maar ook burgers en journalisten weer van informatie.
Persoonlijk leed blijft het gezin van Klaas Wilting niet bespaard. Het gezin van de zegsman werd begin jaren 90 met ontvoering bedreigd. „Dat zette ons gezinsleven volledig op z’n kop.” Wilting, zijn vrouw en zijn twee kinderen kregen elk een bewaker toegewezen. Voor de deur wordt Wiltings nieuwe gepantserde Audi afgeleverd. De spanning is moordend, „ons hele gezin werd zo meegezogen in deze misère.”
Wilting schrijft dat hij in die tijd zijn vrouw voor haar werk moest afzetten en moest wachten totdat zij binnen was. „Collega’s van Gerda zeggen later: „Wat heb jij een fantastische man. Hij zet je pal voor de deur af en wacht tot je binnen bent.” Ze moesten eens weten”, schrijft Wilting. Na krap een jaar wijkt de dreiging en „kunnen wij weer door met ons gewone leven.” Wilting denkt dat de bedreiging uit de georganiseerde drugswereld kwam.
De Bijlmerramp in 1992 brengt veel voorlichtingswerk met zich mee voor Wilting. Bij dit ongeluk met een 747-vrachtvliegtuig van El Al boorde de machine zich in twee flats in de Amsterdamse Bijlmer. Gevolg: 43 doden en 26 gewonden. Lange tijd heerst er veel onduidelijkheid over de omvang van de ramp. Destijds leiden reconstructies in de media tot nog meer vragen. Daarom besluit burgemeester Ed van Thijn om persconferenties in te lassen in een poging „spookverhalen” te voorkomen. Wilting bezoekt de hangar waarin lichaamsdelen werden geïdentificeerd. „De beelden die ik daar heb gezien, heb ik een behoorlijke tijd bij me gedragen.”
Aan het eind van zijn loopbaan kwam Wilting ook negatief in het nieuws. De woordvoerder werd gevraagd voor de presentatie van een boek over fietsheling, geschreven door een afgekickte junk. De media vonden het onbegrijpelijk dat een politiewoordvoerder een boek over fietsdiefstallen in ontvangst kon nemen. Burgemeester en gemeenteraad vonden het „een stomme pr-actie.” Wilting schrijft: „Mijn telefoon ontplofte.” Zelfs de New York Times belde. De negativiteit liet hem niet koud. „Ik kreeg het gevoel dat de dagelijkse spanning van het werk wat wegebde; niets was meer nieuw.”
Toch zwaait Wilting positief af. De afscheidsreceptie werd drukbezocht en dat werkte hartverwarmend. Nadien ontving een van Nederlands bekendste politiewoordvoerders veel lovende brieven uit heel het land. „Ik voelde mij trots.”