Als daar goede gronden voor blijken te zijn, zal dit echter niet strafrechtelijk maar via het burgerlijk recht moeten worden afgedwongen, vertelde persofficier R. Huisman vrijdag. Het is volgens haar niet duidelijk hoe lang het onderzoek nog duurt.

Al-Haramain kwam begin juni in opspraak. Toen werd bekend dat de Verenigde Staten en Saudi-Arabië de organisatie verdenken van financiële steun aan moslimextremisten. De twee landen kondigden vervolgens aan gezamenlijk op te treden tegen buitenlandse filialen van al-Haramain in Nederland, Afghanistan, Albanië, Bangladesh en Ethiopië.

Het Nederlandse filiaal was volgens een lijst van het Amerikaanse ministerie van Financiën gevestigd in Amsterdam, op hetzelfde adres als de omstreden moskee El Tawheed. Een bestuurslid van de moskee was woordvoerder van de Nederlandse afdeling van al-Haramain. Het bestuur van El Tawheed verklaarde kort na de bekendmaking van de achtergronden van al-Haramain alle banden met de organisatie te verbreken.

Het Rijk heeft inmiddels alle financiële tegoeden van het Nederlandse filiaal van de Saudische ’liefdadigheidsorganisatie’ bevroren. Deze maatregel betekent dat de stichting geen giften meer kan ontvangen en geen geld meer kan uitgeven.

De Nederlandse afdeling van al-Haramain en de aan deze stichting als bestuurder verbonden Arabische Sjeik Aqeel Abdul Aziz al Aqeel, zijn opgenomen in een speciale sanctielijst van de Verenigde Naties. Deze lijst bevat organisaties en personen die ervan worden verdacht banden te hebben met de terroristische organisaties al-Qaida en/of de Taliban.

In een recent rapport van de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD) blijkt dat vanuit Saudi-Arabië in het verleden radicale moskeeën en stichtingen in Nederland zijn gesteund. Inmiddels treedt de Saudische regering daartegen op, omdat dit land nu ook te maken heeft met terroristische aanslagen.

Een van de stichtingen die langs deze weg ook geld ontving, was al-Haramain in Amsterdam. Opmerkelijk genoeg kwam de AIVD zelf tot de conclusie dat er geen aanwijzingen waren dat deze vestiging betrokken is (geweest) bij enige vorm van ondersteuning van al-Qaida.