Verkiezingen Israël gaan nu ook om invloed ultraorthodoxen
Op straat merken we er nog niets van, maar voor de Israëlische media is het al wekenlang een hot topic: de Israëliërs moeten op 17 september opnieuw naar de stembus.
Na de parlementsverkiezingen op 9 april lukte het premier Benjamin Netanyahu niet een coalitie in elkaar te zetten die stoelt op minstens 61 van de 120 Knessetzetels. In plaats van een ander de kans te geven een kabinet te vormen, drong de Likudleider aan op nieuwe verkiezingen.
Waar gaat het deze keer om? In de eerste plaats zijn de verkiezingen een referendum over Netanyahu. Een stem op een van de rechtse of religieuze partijen is ook een stem voor Netanyahu. Hij hoopt dat 61 volksvertegenwoordigers hem willen steunen. Die moeten vervolgens zorgen voor een wet die hem immuun maakt voor rechtsvervolging wegens corruptie, zolang hij aan de macht is.
In de tweede plaats gaat het om de veiligheid. Op dit gebied heeft Netanyahu een goede reputatie. Hij stort Israël niet in een gewapend conflict als dat niet nodig is. Hij heeft goede betrekkingen met leiders als Vladimir Poetin van Rusland, Narendra Modi van India, Jair Bolsonaro van Brazilië, Donald Trump van de Verenigde Staten en andere omstreden, maar machtige leiders. Het publiek gelooft dat Netanyahu Israël kan beschermen tegen de groeiende macht van Iran in het Midden-Oosten.
Ook voor het voorkomen van een vredesregeling tussen Israël en de Palestijnen, waarbij Israël pijnlijke concessies zou moeten doen, moeten we bij Netanyahu zijn. Verder doet Israël het economisch goed. Het land is welvarend en de groep armen heeft te weinig invloed om problemen te veroorzaken – een bekend verschijnsel in westerse staten.
Een ander punt is de verhouding tussen religie en staat. Avigdor Lieberman van de seculier-rechtse Yisrael Beytenupartij wilde een wet die bepaalt dat het aantal ultraorthodoxen in het leger toeneemt. Daarom mislukte Netanyahu’s formatiepoging in mei.
De stap van Lieberman is mogelijk geniaal. Hij schiet als een vuurpijl omhoog in de polls. Hij ziet in dat de tegenstelling tussen links en rechts, waar Netanyahu nog altijd de mond vol van heeft, minder belangrijk is. De tweestatenoplossing lijkt van de baan. Rechts is sterk en links is weggekwijnd. Israël en Palestina zijn nu op weg naar één staat met ongelijke rechten. Ook de centrumpartij Blauw-Wit zal deze trend niet keren, als ze dat al zou willen. Drie van de vier leiders van Blauw-Wit zijn vroegere chef-stafs, dus ook op het gebied van veiligheid heeft die partij wat in huis.
Waar het met de parlementsverkiezingen van september mede om gaat, is de invloed van de ultraorthodoxen. Uit een peiling van het Israël Democratie Instituut blijkt dat meer dan tweederde deel van de Israëlische Joden vindt dat de ultraorthodoxen in het leger moeten dienen, met uitzondering van een klein aantal briljante Thorastudenten. De meerderheid is ook voor openbaar vervoer op de sabbat, het burgerlijk huwelijk voor wie dat wil en de intrekking van de monopolie van het opperrabbinaat over het verstrekken van kasjroet certificaten. Allemaal zaken waar de ultra’s fel op tegen zijn. Netanyahu moet toegeven aan hun wensen om ze tevreden te houden.
Maar Lieberman begrijpt dat er tegenwoordig een andere wind waait.