Geduld met al–Sadr is op
Het geduld van de Iraakse regering en de Amerikaanse strijdkrachten met Muqtada al–Sadr is op. De opstandige sjiitische geestelijke en zijn militie kregen donderdag van tijdelijk premier Allawi nog één kans om hun posities in de heilige stad Najaf vrijwillig te verlaten.
De Amerikaanse nationale veiligheidsadviseur Condoleezza Rice zei op haar beurt dat het hoog tijd is voor actie omdat de ’onbetrouwbare’ al–Sadr toch niet wil onderhandelen.
De Amerikanen bestookten gewapende aanhangers van al–Sadr donderdagmiddag alvast met grof geschut. Amerikaanse tanks waren in de avonduren al opgerukt tot op 200 meter van de Imam Alimoskee, waar al–Sadr zich schuilhoudt. In tal van plaatsen in de Oude Stad waren rookpluimen te zien.
Na meer dan twee weken strijd in Najaf was er ook donderdag geen aanleiding te veronderstellen dat al–Sadr zijn verzet staakt. Verklaringen van de ambitieuze sjiiet dat hij bereid is de moskee te verlaten en een politiek bestuurlijke rol te gaan vervullen, zijn in de praktijk van geen waarde gebleken. Aan zijn eis dat de Amerikanen zich eerst zouden terugtrekken, is overigens ook niet voldaan.
De impasse in Najaf lijkt nu alleen nog door gewelddadig ingrijpen opgelost te kunnen worden. Het voortouw zal daarbij door de Irakezen genomen moeten worden. Zij zullen de heilige moskee moeten binnentreden om al–Sadr en de zijnen aan te pakken. De Amerikanen kunnen gezien de heilige status van het gebedshuis annex mausoleum alleen rond het complex het pad effenen voor een finale opmars van de Iraakse eenheden.
Het politiebureau in Najaf is donderdag getroffen door zeker vier mortiergranaten. Volgens medische bronnen in de sjiitische heilige stad zijn daardoor zeker acht mensen omgekomen. Onder de doden zijn zeker vijf agenten, meldde een politiewoordvoerder. Minstens dertig personen raakten gewond.
De uitgestrekte sjiitische buitenwijk van de hoofdstad Bagdad, Sadr City, was woensdagavond laat en ook donderdag al het toneel van een verhevigd Amerikaans offensief tegen sjiitische rebellen. In het stadsdeel met ongeveer 2 miljoen inwoners zouden zeker twintig tot mogelijk vijftig doden zijn gevallen. Volgens een verslaggever van de Britse zender BBC bleven veel inwoners van de wijk donderdag in hun huizen uit angst voor het geweld.
Voor interim–premier Allawi is er veel aan gelegen het verzet van al–Sadr en zijn fanatieke aanhangers te breken. De geloofwaardigheid van de ongekozen eerste minister staat op het spel. Als hij het vertrouwen van de Irakezen wil winnen, en dan vooral van de sjiitische meerderheid, zal hij doortastend moeten optreden, zonder dat de heiligdommen in Najaf schade oplopen.
Allawi voelt ook de hete adem in zijn nek van de Arabische wereld, waar grote groepen de premier toch vooral beschouwen als een vazal van de Verenigde Staten. De Arabische Liga, die in Caïro zetelt, benadrukte donderdag dat de burgers en de heilige plekken in Najaf gespaard moeten worden.
Een medewerkster van de Amerikaanse nieuwszender CNN, die op uitnodiging van al–Sadrs militie op het moskeeterrein van Najaf is, berichtte donderdagmiddag dat de twee minaretten al zijn beschadigd. Ze meldde ook dat er vrouwen en kinderen in het gebedshuis aanwezig zijn.