Bescherming vogelgebieden nog niet klaar
Europa heeft goede resultaten geboekt, maar de bescherming van vogelgebieden en vogels is nog lang niet afgerond. Europa moet het netwerk van belangrijke vogelgebieden uitbreiden, geld voor bescherming uittrekken en de gegevens over de vogelstand beter verzamelen.
Tijdens een conferentie begin november in Bergen op Zoom viert de Europese Unie het 25–jarig bestaan van de zogenoemde Vogelrichtlijn. Nederland wil deze gelegenheid gebruiken om de bescherming van vogels een nieuwe impuls te geven. „Ondanks goede ontwikkelingen zijn we er nog niet", zei M. Lok, beleidsmedewerker gebiedsbescherming van het ministerie van Landbouw, donderdag.
Omdat in de jaren zeventig de stand van vooral trekvogels verslechterde, heeft de unie de Vogelrichtlijn ontwikkeld. Hiermee worden zowel leefgebieden als vogels zelf beschermd. Na een aarzelend begin is vooral de laatste tien jaar volgens Lok „forse vooruitgang" geboekt. „Inmiddels zijn binnen de EU ruim 3600 gebieden aangewezen met een totale oppervlakte van meer dan 200.000 vierkante kilometer."
Nederland geeft wat dat betreft samen met België en Denemarken het goede voorbeeld. Op de zeegebieden twaalf mijl buiten de kust na heeft Nederland zijn ’huiswerk’ hiervoor voltooid, vindt de Europese Commissie. De Waddenzee, de Zeeuwse en Zuid–Hollandse delta, het IJsselmeer en de Veluwe zijn de belangrijkste Vogelrichtlijngebieden.
De resultaten zijn na 25 jaar wisselend. Ongeveer de helft van de broedvogels en de meeste wintergasten als lepelaar en het ijsvogeltje plukken de vruchten van de bescherming. Enkele soorten, zoals de korhoen, de kemphaan en de scholekster, boeren echter achteruit. Een groot aantal weidevogels als de tureluur en de veldleeuwerik verkeert in de „gevarenzone", aldus gegevens ontleend aan het Natuur– en Milieuplanbureau (NMP).
De bescherming van de vogels is daarom niet voltooid. Een groot aantal EU–landen moet meer beschermde gebieden aanwijzen. Maar ook geld is nodig. „Enkele lidstaten" pleiten voor het opzetten van een „apart fonds". Vogelbescherming moet daarnaast breder worden bekeken dan de richtlijn alleen. Vogelbescherming als onderdeel van goede landbouwpraktijk (en gekoppeld aan de landbouwsubsidie) is daarbij volgens Lok een mogelijkheid.
Nederland zal als EU–voorzitter de andere lidstaten deze en andere ideeën voorleggen tijdens de conferentie in november.