Meesten hebben weinig verstand van nepnieuws
Nederlanders hebben naar eigen zeggen niet veel verstand van nepnieuws en desinformatie. De overheidscampagne rond de verkiezingen van eerder dit jaar, die bedoeld was om mensen ervan te doordringen kritisch te zijn over wat ze lezen en zien, heeft daar weinig aan veranderd. Die conclusie valt te trekken uit een steekproef die onderzoeksbureau Kantar achteraf deed.
Brandpunt+ bracht het onderzoeksrapport vrijdag naar buiten. Van de circa 500 ondervraagden zei slechts 12 procent veel of zeer veel kennis over het onderwerp te hebben, ongeveer evenveel als voor de campagne. Wel geeft bijna driekwart aan nepnieuws een (zeer) belangrijk maatschappelijk onderwerp te vinden.
De website www.blijfkritisch.nl is in totaal 122.000 keer bekeken tijdens de campagneperiode, die van half maart tot half juli liep, de periode waarin zowel verkiezingen voor Provinciale Staten als voor het Europees Parlement waren. Maar slechts een op de drie bezoekers bleef langer dan 10 procent op de site. „De website heeft een bescheiden aanvullende bijdrage geleverd aan de campagne”, stellen de onderzoekers vast.
Bijna zes op de tien ondervraagden hebben iets meegekregen van de campagne, die het woord ‘echt?!’ als rode draad had. Negen op de tien ondervraagden vinden het „vanzelfsprekend om kritisch na te denken of een bericht klopt voor men reageert, deelt of liket”. Dat was zowel voor als na de campagne het geval.
De officiële doelstelling van het ministerie van Binnenlandse Zaken was „te voorkomen dat de publieke opinie beïnvloed wordt door desinformatie en dat daardoor het politieke en maatschappelijke systeem van Nederland ondergraven wordt”.