Minister Ban Ki Moon zou zelf voor ongerustheid hebben gezorgd door kortgeleden op te merken dat de regering moeilijk „ongelimiteerde verantwoordelijkheid” op zich kon nemen voor alle Noord-Koreanen die hun land willen verlaten. En de minister van Hereniging heeft zondag naar verluidt gezegd dat Zuid-Korea zijn relatie met Noord-Korea op het spel zet als non-gouvernementele organisaties Noord-Koreanen blijven aanmoedigen hun land te verlaten.

Naar aanleiding van de komst, vorige maand, van 460 Noord-Koreanen naar Zuid-Korea heeft Pyongyang Zuid-Korea beschuldigd van „geplande ontvoering” en zich teruggetrokken uit voorbereidingen voor overleg op hoog niveau tussen de Korea’s.

De meeste Noord-Koreaanse vluchtelingen steken eerst de grens met China over en proberen daarna naar Zuid-Korea te komen. Sinds de Koreaanse Oorlog van 1950-’53 zijn ruim 5000 Noord-Koreanen in Zuid-Korea aangekomen. Vorig jaar kwamen er 1285, vergeleken met 1140 in 2002 en 583 in 2001.

Ban zei dat de regering voortaan „rustige, maar actieve diplomatie” zal bedrijven om de kwestie van de Noord-Koreaanse vluchtelingen efficiënt aan te pakken.