Ingewijde bronnen hebben dat woensdagmorgen verklaard. De ministeries van Sociale Zaken en van Financiën willen geen commentaar geven voor het kabinet over het advies heeft vergaderd. Dat zal volgende week gebeuren.

Het kabinet wil de belastingtechnische voordelen voor VUT- en prepensioen afschaffen. Het doel is de arbeidsparticipatie van ouderen te verhogen. Het kabinet besloot tot de maatregel nadat het in de maand mei niet tot overeenstemming kon komen met de werkgevers en werknemers over versobering van de regelingen om vervroegd te stoppen met werken.

De Raad van State heeft twee fundamentele bezwaren tegen het wetsvoorstel. De raad spreekt in de eerste plaats over gelegenheidswetgeving. Het middel is te fors voor het gestelde doel. De arbeidsparticipatie van ouderen stijgt de laatste jaren al. Daaruit blijkt volgens de Raad van State dat het gestelde doel ook zonder afschaffing van de fiscale voordelen van vervroegde uittreding bereikt kan worden.

Daarnaast vindt de raad afschaffing van de fiscale steun voor prepensioen strijdig met eerder gemaakte afspraken. Het toenmalige kabinet heeft halverwege de jaren negentig met werknemers en werkgevers afspraken gemaakt om de vut om te zetten in prepensioen. Kern daarvan is dat in plaats van een collectieve regeling (omslagstelsel) werknemers voor hun eigen prepensioen sparen. De afspraken daarover lopen door tot 2022. De Raad van State vindt het niet terecht dat het kabinet met de voorgestelde wetgeving inbreuk maakt op deze afspraken.

Het is de tweede keer dat de Raad van State negatief oordeelt over de vut- en prepensioenplannen van het kabinet. Vorig jaar stonden de plannen aangekondigd in het belastingplan 2004 en daar oefende de raad toen ook kritiek op uit. De raad zei toen dat het kabinet te weinig doet om de oorzaken van vervroegd uittreden weg te nemen. Het kabinet is overigens niet verplicht te luisteren naar de Raad van State. Het oordeel is een advies aan de regering. Het komt regelmatig voor dat kabinet en Kamer (delen van) adviezen negeren.

FNV, CNV en RMU zijn blij met het advies van de Raad van State. „Het Nederlandse volk is tegen, de vakbeweging is tegen. Nu dus ook de Raad van State. Dat maakt het draagvlak wel heel erg klein”, aldus FNV-bestuurder Jongerius. CNV-voorzitter Terpstra zegt dat de kritiek van de raad „het hart” van het voorstel raakt: „Dit toont aan dat wij niet zo achterlijk waren in onze beoordeling.”

RMU-onderhandelaar Baggerman hoopt dat het kabinet het advies ter harte neemt: „Met het oog op het komende najaarsoverleg moet het kabinet de knopen eens gaan tellen. Er is onrust, ook in onze achterban.”