ASML koploper in AEX
De Amsterdamse beurs bleef woensdag dicht bij huis. De andere Europese beurzen deden een stapje terug. De beurshandel stond vooral in het teken van de bedrijfsresultaten. Op het Damrak vielen de kwartaalcijfers van chipmachinefabrikant ASML in goede aarde. Navigatiebedrijf TomTom, dat ook met resultaten kwam, zag zijn openingswinst geheel verdampen.
De AEX-index op Beursplein 5 noteerde in de ochtendhandel vrijwel vlak op 571,27 punten. De MidKap daalde 0,5 procent tot 807,53 punten. Parijs, Frankfurt en Londen verloren 0,2 procent.
ASML was koploper bij de hoofdfondsen met een winst van 2,5 procent. De maker van chipmachines boekte afgelopen kwartaal meer omzet en winst en hield zijn verkoopprognose voor het hele jaar ongewijzigd. Volgens analisten van Oddo BHF liet ASML „sterke” orders zien en waren de kwartaalresultaten „boven verwachting”. Chemicaliëndistributeur IMCD sloot de rij met een verlies van 1,9 procent.
In de MidKap leverde TomTom (min 2,2 procent) een stevige openingswinst weer in. De navigatiedienstverlener zag de omzet in het tweede kwartaal stijgen en voerde zijn omzetprognose voor het hele jaar op. Het bedrijf deed wederom goede zaken met zijn autotak die zich bezighoudt met het ontwikkelen van navigatieproducten voor de auto-industrie. De consumententak, die jarenlang kromp, bleef het afgelopen kwartaal stabiel.
In Frankfurt won Dialog Semiconductor ruim 2 procent. De Duitse chipmaker verhoogde zijn verwachtingen voor de rest van het jaar. In Zürich viel het halfjaarbericht van horlogemaker Swatch (plus 4,7 procent) in de smaak bij beleggers.
Swedbank zakte in Stockholm 5,2 procent. De Zweedse bank, die in opspraak is geraakt door mogelijke betrokkenheid bij het witwasschandaal rond Danske Bank, snijdt fors in het dividend om zijn kapitaalpositie te versterken. De Zweedse maker van netwerkapparatuur Ericsson wist de omzet in het tweede kwartaal flink op te voeren. Het aandeel verloor desondanks 2,4 procent.
De euro was 1,1211 dollar waard, tegen 1,1215 dollar een dag eerder. De prijs van een vat Amerikaanse olie klom 0,2 procent tot 57,75 dollar. Brentolie kostte 0,4 procent meer op 64,62 dollar per vat.