Klimaatcentrum Peking deelt Nederlandse kennis
Om de gevolgen van klimaatverandering op te vangen, moet Nederlandse en internationale kennis hierover sneller worden verspreid. Dat is de inzet van het klimaatadaptatiecentrum, dat donderdag in Peking haar eerste buitenlandse kantoor opricht.
Premier Mark Rutte gaat naar de openingsceremonie in de Grote Volkshal samen met zijn Chinese ambtgenoot Li Keqiang en oud-VN-secretaris-generaal Ban Ki-moon.
Naast minder broeikasgassen uitstoten is aanpassen op het nieuwe klimaat belangrijk „om de economische en sociale gevolgen van klimaatverandering te beperken,” zegt Liu Junyan, verantwoordelijke klimaatcampagne voor Greenpeace in Peking.
China merkt al veel van het warmere klimaat, aldus Liu. Zo werd het land vorige zomer geteisterd door extreme neerslag en hitte. De Chinese regering doet veel om klimaatverandering tegen te gaan, zegt Liu, maar bouwt tegelijkertijd wel ook kolencentrales. Net als in Nederland zijn er veel drukbevolkte en laaggelegen gebieden langs de kust.
Er is in China dan ook veel behoefte aan Nederlandse kunde wat betreft waterbeheer, landbouw, en stedelijke inrichting, zegt Patrick Verkooijen, directeur van het centrum. De Chinese regering wil bijvoorbeeld graag Nederlandse inbreng bij haar zogeheten sponssteden-project, dat ervoor moet zorgen dat steden beter kunnen omgaan met zware regen.
Het Global Center on Adaptation werd op Nederlands initiatief opgericht na het Klimaatakkoord van Parijs, waarin landen afspraken dat de aarde niet meer dan 1,5 tot 2 graden Celsius mag opwarmen. Zelfs als dat doel gehaald wordt zullen de gevolgen voor het klimaat aanzienlijk zijn, zegt Verkooijen: „Linksom of rechtsom zullen we ons moeten aanpassen op de nieuwe realiteit.”
Op Ruttes agenda staat verder een gesprek met Li. Samen met minister Wopke Hoekstra van Financiën neemt hij vrijdag en zaterdag deel aan de G20-top in Japan.