Het provinciaal bestuur en de Zeeuwse Vereniging voor Dialect Onderzoek steunden de actie. Voorzitter Martens van deze vereniging stelde dat de erkenning van het Zeeuws zal leiden tot een sterkere positie van het standaard Nederlands in Europa.

Eerder adviseerde de Nederlandse Taalunie het tegenovergestelde. Maar volgens Martens bewijst het feit dat de Vlamingen altijd winnen bij taalspelletjes op de televisie dat tweetaligheid leidt tot een betere omgang met taal. Bovendien voorkomt een scheiding tussen dialecten en het Nederlands dat er een mengelmoes ontstaat.

De Zeeuwen vragen al tijden om erkenning van het Zeeuws. Behalve de Taalunie gaf ook de Provinciale Raad voor Cultuur een negatief advies. De Vries stelde dat het kabinet alle voors en tegens nog moet afwegen. Daarbij moet het kabinet ook rekening houden met de precedentwerking die uitgaat van de erkenning van het Limburgs, maar ook met de vraag wat te doen als Brabanders, of West-Friezen om erkenning gaan vragen, hield hij de Zeeuwen voor.