Kerkelijke vertegenwoordigers krijgen met 62 punten een vijfde plaats toegewezen in de vertrouwensindex. De kerkelijke gezagsdragers worden voorafgegaan door leraren (82), artsen (81), soldaten (70) en politieagenten (67). Juristen (49), journalisten (38), managers van grote ondernemingen (32) en politici (16) krijgen een lagere plaats toebedeeld.

Wanneer alleen wordt gekeken naar de cijfers van de dertien onderzochte Europese landen, dan wijkt de volgorde niet veel af. De artsen gaan dan voorop met 83 punten, gevolgd door leraren (78), politie (74), militairen (67) en kerkelijke vertegenwoordigers (55).

Kerkelijke ambtsdragers genieten het hoogste vertrouwen in Denemarken (79) gevolgd door Roemenië (77) en Finland (75). Het wantrouwen ten opzichte van kerkelijke vertegenwoordigers is het laagst in Spanje (35), Frankrijk (38) en Tsjechië (42).

Opmerkelijk is dat politici slecht scoren in de index. Vooral in Polen en Duitsland is hun positie zorgelijk. In beide landen bedraagt de index voor politici slechts 6 punten. In Nederland (32), Turkije (30) en Zwitserland (29) genieten de politici nog het meeste vertrouwen.

De resultaten van het onderzoek zijn gebaseerd op de uitkomsten van een enquête die gehouden is in dertien Europese landen en in de Verenigde Staten. Per land werd aan 1000 inwoners gevraagd een enquêteformulier in te vullen.