Christelijke leider is koopman en dominee tegelijk
De Nederlandse kerken worden soms getypeerd als laverend tussen de koopman en de dominee. Die staan symbool voor de vaak botsende belangen van het streven naar winst en welvaart en het opkomen voor de moraal.
Ter gelegenheid van het afscheid van drs. Jan de Jong als lid van het college van bestuur van de Theologische Universiteit Kampen (TUK) werd vrijdag in de Bovenkerk het symposium ”De koopman en de dominee. Leiderschap op het snijvlak van kerk en maatschappij” gehouden. Vijf deskundigen gaven hun visie vanuit hun eigen vakgebied.
Prof. dr. ir. Rienk Goodijk, hoogleraar governance aan de Vrije Universiteit Amsterdam, betoogde in zijn toespraak over de bestuurbaarheid van een kerkelijke theologische universiteit hoe moeilijk het is een goede balans tussen koopman en dominee te vinden. Een universiteit als de TUK kent een ingewikkelde bestuursstructuur. Ze moet verantwoording afleggen aan een synode en een curatorium, alsmede aan een raad van toezicht. Volgens Goodijk moet een college van bestuur „balanceren in een speelveld met dilemma’s en botsende waarden, zoals identiteit en kwaliteitseisen.”
Botsen
De metafoor van koopman en dominee past dan ook wel bij het „krachtenveld” waarin het bestuurscollege van een kerkelijke theologische universiteit verkeert. „De dominee en de koopman mogen best eens botsen.”
Prof. dr. Jack Barentsen, hoogleraar praktische theologie aan de Evangelische Theologische Faculteit in het Belgische Leuven, belichtte vanuit de evangelische traditie de verhouding tussen koopman en dominee. Het concept van ”dienend leiderschap” is volgens hem niet exclusief christelijk. Het werd oorspronkelijk door een seculiere wetenschapper ontwikkeld. Volgens hem bestaat er echter geen tegenstelling tussen geestelijk en werelds en daarom ook niet tussen dominee en koopman. „Beide sferen vallen onder de scheppingsorde en het cultuurmandaat.”
Ondernemer Piet Mars uit Harderwijk, oprichter van familiebedrijf AFAS, hield een pleidooi voor eenvoud in het bestuur en het beperken van regels. Volgens de ondernemer is het de aard van de koopman om problemen kleiner te maken en op te ruimen, terwijl in de kerk de neiging bestaat kleine problemen groot en talrijker te maken.
De Kampense docent Hayo Wijma legde de vinger bij de lacunes die soms bestaan tussen de theorie en de praktijk. In de christelijke kerken zou geen hiërarchie mogen zijn, maar de praktijk laat soms anders zien.
De lezing van de afwezige dr. Hans Burger (Kampen) over integraal leiderschap werd voorgelezen door dagvoorzitter dr. William de Boer.