Advocaten twijfelen aan wederrechtelijke vrijheidsberoving zussen
De advocaten van twee verdachten in de zaak van de Haagse zussen geloven niet dat hun cliënten de 16– en 19–jarige vrouwen stelselmatig hebben opgesloten. „Ik heb ernstige twijfel bij de verdenking van wederrechtelijke vrijheidsberoving", zei J. Boetje, de advocaat van de 48–jarige vader van de zussen, woensdag.
De politie bevrijdde de zussen vrijdag uit een woning in de Kaapstraat in de wijk Transvaal in Den Haag. Ze waren mishandeld. De ouders werden aangehouden, evenals een dag later hun 21–jarige zoon.
G. van der Bom, de advocaat van de eveneens aangehouden 21–jarige broer van de zussen, onderschrijft de stelling van Boetje. „Ik heb ook zo mijn bedenkingen bij die verdenking van wederrechtelijke vrijheidsberoving", aldus Van der Bom. De advocaten willen verder niet veel kwijt over de zaak, aangezien hun cliënten in beperkingen zitten. M. Lindhout, de raadsvrouw van de 46–jarige moeder, liet weten dat ze niets wil zeggen over de zaak van haar cliënt.
Aanvankelijk bracht de politie naar buiten dat de ouders hun dochters mogelijk meerdere jaren hadden opgesloten. De politie bevrijdde de meisjes vrijdag nadat ze meerdere tips had gekregen. Een woordvoerder van het Openbaar Ministerie zei woensdag echter met nadruk dat aanvullend onderzoek nodig is om vast te stellen wat er is gebeurd.
Veel is nog onduidelijk als het gaat om wat zich precies heeft afgespeeld in de woning van de familie. Het staat in ieder geval vast dat de zussen van 16 en 19 jaar gewond zijn geraakt. Ze zijn in het ziekenhuis behandeld en inmiddels elders ondergebracht. Ze krijgen professionele hulpverlening.
Volgens de advocaten ging de jongste dochter het afgelopen jaar gewoon naar school. De 19–jarige zus zou een taalcursus volgen. Volgens raadsman Boetje keerde de familie in de nacht van donderdag op vrijdag terug van een zes weken durende vakantie in Turkije, waar de familie vandaan komt. De advocaat heeft geruchten gehoord dat de ouders hun dochters zouden willen uithuwelijken en dat ze daar ruzie met hen over hadden. „Of er een concreet voornemen was voor uithuwelijken, dat is maar de vraag", zegt Boetje. „Ik vind het niet goed om te veel te speculeren over de achtergronden. Er moet nog veel onderzoek worden gedaan."
Volgende week woensdag staat een zitting gepland van de raadkamer van de rechtbank in Den Haag. Dan moet blijken of het OM de verdenking van wederrechtelijke vrijheidsberoving handhaaft en of de raadkamer voldoende aanleiding ziet om de verdachten nog eens dertig dagen in de cel te houden.